21320 |
gebrekkig spreken |
stamelen:
sjtaamele (Q020p Sittard)
|
gebrekkig spreken [hakkelen, tottelen, stamelen, touwen, tatewalen, totteren, stotteren] [N 87 (1981)]
III-3-1
|
20161 |
gebroeders; niet gebruiken |
gebroeders:
gebruijesj (Q020p Sittard)
|
gebroeders
III-2-2
|
22436 |
gebruik |
gebruik:
gebroek (Q020p Sittard, ...
Q020p Sittard),
gebrōēk (Q020p Sittard),
gewoonte:
geweunte (Q020p Sittard),
wijze:
wies (Q020p Sittard)
|
Dat is zo het gebruik (de woonte, enz.). [ZND 23 (1937)] || Een wijze van doen die in meer of minder ruime kring in zwang is [gebruik, gewoonte, gewente, zwang, geplogenheid]. [N 88 (1982)] || gebruik [SGV (1914)] || Gebruik, gewoonte. || Wijze, gewoonte, gebruik.
III-3-2
|
22437 |
gebruiken met driekoningen |
koningskoek:
kø͂ͅneŋskōͅuk (Q020p Sittard),
De persoon, die de boon in zijn part vindt, is voor deze dag koning van het gezin. Hij mag een koningin kiezen en moet het gezelschap trakteren.
keuningskouk (Q020p Sittard)
|
De naam voor de gebruiken met Driekoningen [6 januari]. [N 88 (1982)] || Driekoningskoek, rond krentenbrood, waarin een boon gebakken is.
III-3-2
|
22830 |
gebruiken met nieuwjaar |
afbetalen:
aafbetale (Q020p Sittard)
|
De verrassing op Nieuwjaarsdag (nieuwjaarswens) vergoeden met lekkernij of een geschenk.
III-3-2
|
21492 |
geburen |
buren:
buure (Q020p Sittard)
|
alle buren samen [geburen, gebuur] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
19049 |
gedachte |
gedanke (du.):
gedanke (Q020p Sittard),
het oudere
gedanke (Q020p Sittard),
mening:
meining (Q020p Sittard)
|
gedachte || mening, gedachte
III-1-4
|
19249 |
gedachtenis |
gedachtenis:
met een punt op de tweede e
gedechtenis (Q020p Sittard),
herdenking:
Note v.d. invuller: Op Allerzielen werd vroeger op een donkere plaats (kelder) een bijenwas-kars voor de overleden personen aangestoken. Er werd gebeden. Dit noemt men dooden herdenking.
dooden herdenking (Q020p Sittard),
nagedachte:
noagedachte (Q020p Sittard)
|
gedachtenis || nagedachte [SGV (1914)] || terugdenkend aan overleden personen op bepaalde data [gedenken, geheugen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
29786 |
gedeelte van de inzet |
blad:
blat (Q020p Sittard
[(meervoud: blārǝ: een stapel stenen ter breedte van de lengte van één steen)]
),
een blok en een open blad:
nǝ blǫk [en] ęj ǭǝpǝ blat (Q020p Sittard
[(vier blaren)]
)
|
In dit lemma is een aantal benamingen bijeen geplaatst die betrekking hebben op een gedeelte van de in één keer te bakken hoeveelheid stenen. [monogr.]
II-8
|
19248 |
gedenken; gedachtenis |
gedenken:
gedénke (Q020p Sittard),
terugdenken:
trökdénke (Q020p Sittard)
|
gedenken
III-1-4
|