e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Sittard

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
goedkoop goedkoop: gouwe koup (Sittard) goedkoop [SGV (1914)] III-3-1
goedkoopste rang in een schouwburg apennootjesrang: aapeneutjesrang (Sittard) De goedkoopste rang in een schouwburg [uilekot]. [N 90 (1982)] III-3-2
goedzak goede hals: gouwen hals (Sittard), goedzak: goedzak (Sittard), labbes: laabes (Sittard) een persoon die altijd goed handelt en goed is voor andere mensen [goedzak, godsblok] [N 85 (1981)] || goedaardig mens || goedzak [SGV (1914)] III-1-4
golf golf: golf (Sittard), gólf (Sittard) golf, bolle verheffing op de waterspiegel, meestal veroorzaakt door de wind [baar, zwolp] [N 81 (1980)] III-4-4
golven ww. golven: gólvə (Sittard) golven (ww), rijzen en dalen van water [gurzelen] [N 81 (1980)] III-4-4
gom cachefooi: ideosyncr.  caasjefooi (Sittard), gom: ideosyncr.  gom (Sittard), gomme (Sittard), koekenslijm: kōē’kə‧sjlīēm (Sittard), kojefooi: ideosyncr.  koojefooi (Sittard), slechte kwaliteit  koojefooj (Sittard), kokkenslijm: kókkesjliem (Sittard) De kleverige, doorschijnende vloeistof die uit spleten of insnijdingen in sommige bomen vloeit en in de lucht hard word; deze stof is i.t.t. hars niet oplosbaar in alcohol of ether gom, plek). [N 82 (1981)] || gom van steenvruchtbomen || gomaan steenvruchtbomen III-4-3
gombal suikergom: sókkergóm (Sittard), tum-tummetje: tum-tumke (Sittard) siepke; Hoe noemt U: Een balletje van gesuikerde arabisch gom (siepke) [N 80 (1980)] III-2-3
gooien flinken: flenge (Sittard), gooien: eigen spellingsysteem  gooje (Sittard), idiosyncr.  ick gooi (Sittard), guizen: gósjde - gegósj (zeldzaam).  gósje (Sittard), smijten: sjmiete (Sittard, ... ), eigen spellingsysteem  smiete (Sittard), idiosyncr.  hae smit (Sittard), sjmeet - gesjmeete.  sjmiete (Sittard), werpen: werpe (Sittard, ... ), eigen spellingsysteem  werpe (Sittard), Veldeke  werpe (Sittard), wórp - gewórpe.  werpe (Sittard) gooien [goesje] [N 38 (1971)] || gooien; inventarisatie uitdrukkingen; betekenis/uitspraak [N 26 (1964)] || werpen [SGV (1914)] III-1-2
gootsteen pompensteen: pómpesjtein (Sittard), (deel van de pomp).  pòmpesjtein (Sittard), oorspronkelijk stenen bak onder pompmonding  pómpesjtein (Sittard), spoelsteen: sjpuilsjtein (Sittard) afwasbak [N 07 (1961)] || gootsteen III-2-1
gort gebroken tarwe: #NAME?  gebroken terf (Sittard), gort: gort (Sittard), griezen: griezen (Sittard), zemelen: ter bereiding grof brood gemengd in meel  zemelen (Sittard) gort; Hoe noemt U: Graan dat op de molen verbrijzeld is, grutten (gort, grut, smoel) [N 80 (1980)] III-2-3