19227 |
gemakkelijk |
gemakkelijk:
ook materiaal znd 23, 77
gemekkelek (P054p Spalbeek),
gemekkelijk (P054p Spalbeek)
|
gemakkelijk [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
18945 |
gemeen |
gemeen:
ook materiaal znd 23, 79
gemeen (P054p Spalbeek)
|
gemeen (smerig, slecht) [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
20408 |
gepensioneerd (zijn) |
gepensioneerd:
znd 35, 65
gepensionneerd (P054p Spalbeek)
|
gepensioneerd; hij is -; op pensioen gesteld [ZND 35 (1941)]
III-2-2
|
19091 |
gerieflijk |
gerieflijk:
ie gerieflijk huis (P054p Spalbeek)
|
Gerieflijk huis. [ZND 35 (1941)]
III-1-4
|
34063 |
geslachtsrijpe koe |
leidvaars:
lēi̯vi̯as (P054p Spalbeek)
|
Jong rund dat oud genoeg is om gedekt te worden. [N 3A, 23]
I-11
|
34305 |
gesneden mannelijk varken |
berg:
bē̜rǝx (P054p Spalbeek)
|
Het WNT (II, 1 blz. 1872 s.v. berg (II)) geeft de volgende definitie van berg: "Hetzelfde als Barg (I), inzonderheid toegepast op de mannelijke biggen die, ongeveer drie weken oud, zijn gesneden". [N 19, 8; A 4, 4b; A 4, 4a; L 20, 4b; L 37, 49e; JG 1a, 1b, 2c; S 39; N C, add.; monogr.; N E 1, 12]
I-12
|
33428 |
gesteelde plank om een lemen dorsvloer aan te kloppen |
stomper:
stumpǝr (P054p Spalbeek)
|
De gesteelde plank waarmee men de pas gelegde lemen dorsvloer aanklopt zodat deze glad en vast wordt. In Q 76 kent men dit werktuig niet, maar wel een houten blok om te dāmǝ (= aankloppen). [N 5A, 67b]
I-6
|
18828 |
getob; tobben |
gesukkel:
ook materiaal znd 23, 78: "Wanneer iets na lang proberen maar niet wil lukken zegt men: wat een ....., gesukkel
gesiggel (P054p Spalbeek)
|
gemartel [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
19743 |
gevel |
gevel:
gēvəl (P054p Spalbeek)
|
een schoone gevel [ZND 35 (1941)]
III-2-1
|
19042 |
giechelen |
giechelen:
gichelen (P054p Spalbeek)
|
Giechelen (ingehouden en op hoge toon lachen). [ZND 35 (1941)]
III-1-4
|