| 24556 |
jeneverbes |
lijsterbeer:
lijsterbeer (P054p Spalbeek)
|
jeneverbes (Juiniperus communis L.) [ZND 34 (1940)]
III-4-3
|
| 20405 |
jeugd, jongelieden |
jeugd:
jeugd (P054p Spalbeek)
|
jeugd, dat is goed voor de jeugd (de jonge lieden) [ZND 36 (1941)]
III-2-2
|
| 20196 |
jong (bijv.nw.) |
jong:
znd 1 a-m; znd 27, 46;
joongk (P054p Spalbeek)
|
jong; het kind is nog jong [ZND 27 (1938)]
III-2-2
|
| 20310 |
jong (bn.) |
jong:
znd 1 a-m; znd 27, 46;
joongk (P054p Spalbeek)
|
jong; het kind is nog jong [ZND 01 (1922)]
III-2-2
|
| 24176 |
jong en kaal vogeltje adj. |
nog kwak:
nog kwak (P054p Spalbeek)
|
jonge vogel die nog niet kan vliegen [ZND 36 (1941)]
III-4-1
|
| 24338 |
jong van een dier |
jong:
joŋk (P054p Spalbeek)
|
[R 12, 38; S 16; L 1a-m; L 27, 47a; monogr.]
I-11
|
| 34025 |
jong van een rund |
jong:
juŋk (P054p Spalbeek)
|
[N 3A, 4]
I-11
|
| 34314 |
jong varken |
jonge bag:
(mv)
joŋ bagǝn (P054p Spalbeek),
jonge kurre:
joŋ kerǝ (P054p Spalbeek),
kurre:
kerǝ (P054p Spalbeek)
|
Jong varken in het algemeen. [N 19, 3; N C, add.; L 1a-m; L 3, 2b; L 37, 49a; NE I.12; NE 2.I.9; JG 1a, 1b, 2c; AGV KI; S 3; RND 46 en 84; Vld.; Wi 51; Gwn 5, 12; monogr.]
I-12
|
| 34551 |
jonge gans |
jonge gans:
joŋ gās (P054p Spalbeek)
|
De benamingen in dit lemma duiden in het algemeen op een jonge gans. In vraag A 6, 5c werd gevraagd naar de dialectbenamingen voor "pasgeboren ganzen". De antwoorden zijn ook in dit lemma opgenomen. Hierdoor komen er onder andere (-)kuiken-opgaven voor. [L 34, 15; JG 1a; A 6, 5c; A 2, 42; monogr.]
I-12
|
| 34448 |
jonge geit |
geitje:
gētšǝ (P054p Spalbeek)
|
[N 19, 71a; N 77, 75; A 9, 21; JG 1a; monogr.]
I-12
|