e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Spekholzerheide

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kwartel kwartel: kwat’tel (Spekholzerheide) kwartel III-4-1
kwast, noest aast: ǫas (Spekholzerheide  [(meervoud: ø̜as)]  ) Een onregelmatigheid in de houtstructuur van een boom. Kwasten ontstaan op plaatsen waar zich een tak bevindt of heeft bevonden. Zie ook afb. 204. Vgl. voor het woordtype aast ook het Hgd. Ast. [N E, 1; N 50, 76f; N 75, 97a-b; monogr.] II-12
kweek kweek: kwieëk (Spekholzerheide), piek: pieëk (Spekholzerheide) kweekgras III-4-3
laadbak kast: kast (Spekholzerheide  [(Willem-Sophia)]   [Emma]), kolenkast: koalǝkast (Spekholzerheide  [(Willem-Sophia)]   [Willem-Sophia]), schütteltisch: šytǝltīš (Spekholzerheide  [(Willem-Sophia)]   [Maurits]) Vaste of schuddende laadbak onder aan een pijlervoet of onder een wentelgoot, die wordt gebruikt om mijnwagens met ontgonnen gesteente te vullen. In de mijnen van Winterslag en Waterschei maakt men volgens de invuller uit Q 3 een verschil tussen enerzijds de "schudbak" die zich aan de voet van de pijler bevindt, en anderzijds de "trimouye" en de "schudtafel" die aan het uiteinde van de wentelgoot zijn bevestigd. [N 95A, 3; monogr.; N 95, add.; Vwo 458; Vwo 459; Vwo 774; Vwo 786; Vwo 796] II-5
laadstok laadstek: lātštɛk (Spekholzerheide  [(Willem-Sophia)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]) Ronde houten stok waarmee de schiethouwer of schietmeester de patronen in het schietgat duwt. De stok is van hout omdat een metalen laadstok vonken zou kunnen voortbrengen en op deze wijze de lading vroegtijdig zou kunnen doen ontploffen. [N 95, 406; monogr.; Vwo 176; Vwo 178; Vwo 463] II-5
laadwagen laadschup: lātšøp (Spekholzerheide  [(Willem-Sophia)]   [Domaniale]), laadwagen: l˙ātw˙ān (Spekholzerheide  [(Willem-Sophia)]   [Domaniale]) Mechanisch aangedreven machine waarmee bij de aanleg van steengangen en galerijen de losgeschoten of losgehakte stenen in mijnwagens kunnen worden geladen. De woordtypen "eimco" (Q 35), "eimcowagen" (Q 121) en "sullivan" (Q 121) hebben betrekking op laadwagens, genoemd naar de fabrikant. [N 95, 830; N 95, 833; N 95, 834; monogr.; div.; Vwo 388; Vwo 389; Vwo 460; Vwo 695] II-5
labiel geplaatste ondersteuning een bouw waar men kapot onder blijft: ęŋǝ bǫw woa mǝ kapǫt ǫŋǝr blit (Spekholzerheide  [(Willem-Sophia)]   [Eisden]) Een labiel geplaatste ondersteuning, een ondersteuning die dreigt het te begeven. [N 95A, 10; monogr.] II-5
lade schot: mv ß‹s\\r  šōͅs (Spekholzerheide) lade III-2-1
lagerkussen lager: lājǝr (Spekholzerheide) In het algemeen een metalen blok waarin de as van een tandrad, vliegwiel, etc. rust en ronddraait. [N 33, 246] II-11
laken beddoek: bɛt˂dox (Spekholzerheide), bedlaken: bɛtlākə (Spekholzerheide) beddelaken III-2-1