20089 |
rozenblad |
rozenblad:
roeë’zeblad (Q121b Spekholzerheide)
|
rozeblad
III-2-1
|
24524 |
rozenbottel |
bottel:
bót’tel (Q121b Spekholzerheide)
|
rozebottel
III-4-3
|
20846 |
rozijn |
rozijn:
rozieng’ (Q121b Spekholzerheide)
|
rozijn
III-2-3
|
20851 |
rozijnenbrood |
rozijnenweg:
rozieng’ewek (Q121b Spekholzerheide)
|
rozijnenbrood
III-2-3
|
28372 |
rubber transportband |
gummiband:
jumibaŋk (Q121b Spekholzerheide
[(Willem-Sophia)]
[Wilhelmina])
|
Transportband, vervaardigd uit rubber. [N 95, 644; monogr.]
II-5
|
17767 |
rug |
rug:
rùk (Q121b Spekholzerheide, ...
Q121b Spekholzerheide)
|
rug [DC 01 (1931)]
III-1-1
|
21936 |
ruien |
moeten:
moe’te (Q121b Spekholzerheide)
|
veer: elk der huidbekleedsels van een vogel bestaande uit een buisje dat aan weerszijden baarden en baardjes draagt (pluim, veer) [N 100 (1997)]
III-4-1
|
25085 |
ruilen |
tuisen:
toe⁄sje (Q121b Spekholzerheide),
vertuisen:
vertoe⁄sje (Q121b Spekholzerheide)
|
ruilen
III-4-4
|
30772 |
ruitenzetter |
glasmaker:
jlāsmɛxǝr (Q121b Spekholzerheide)
|
Vakman die ruiten op maat maakt en inzet. De 'ruitenkremer' trok vroeger met zijn 'glaskast' ('glāskas') op de rug langs de dorpen in de omtrek van Sittard om gebroken ruiten te vervangen. [N 67, 98d; monogr.]
II-9
|
34636 |
rulskar |
rulskar:
rølskār (Q121b Spekholzerheide)
|
Kruiwagen die alleen voor het vervoer van bladeren en hooi gebruikt wordt (zie hiervoor Roukens (1937), pag. 147). Het is een kruiwagen zonder zijwanden of hoofdbord, maar met rondom rechtopstaande staafjes of latjes. De informant uit L 428 merkt op over dit type dat het "voor het ophalen van bladeren, bosgras, hooi, sprokkelhout, enz. Wordt gebruikt; de laadbak bestaat uit ronde stokken, enkele centimeters van elkaar geplaatst, dikke en dunne stokken wisselen elkaar af". Zie voor het woord ruls ook het Sittards Woordenboek s.v. röls:: "korfhekje van gevlochten tenen of latwerk, geplaatst op kruiwagen e.d. om een grote hoeveelheid van gering gewicht te kunnen vervoeren, b.v. bladeren, hooi, aardewerk etc." Deze kruiwagen komt alleen in het zuiden van Nederlands Limburg voor. [N G, 51 + 52f; N 18, 97a-b; L 16, 19b; A 42, 15; monogr.]
I-13
|