21763 |
oude mens |
bejaarde:
bejaorde (K359a Stal, ...
K359a Stal),
oud mensje:
aat minske (K359a Stal, ...
K359a Stal)
|
oude man [N 102 (1998)] || oude vrouw [N 102 (1998)]
III-3-1
|
20319 |
oude vrouw |
oud mensje:
aat minske (K359a Stal)
|
iemand van oudere leeftijd ( oude man, oude vrouw, oude van dagen) [N 102 (1998)]
III-2-2
|
22318 |
oudejaarsdag |
oudjaar:
oudjaar (K359a Stal),
silvester:
silvester (K359a Stal),
sulvester (K359a Stal)
|
31 december [oudjaar]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
21762 |
ouden van dagen |
bejaarden:
bejaorde (minse) (K359a Stal),
oude mensen:
aa minse (K359a Stal)
|
ouden van dagen [N 102 (1998)]
III-3-1
|
22509 |
paaseieren zoeken |
eieren rapen:
eier roape (K359a Stal)
|
Spelletjes met eieren met Pasen. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
33562 |
peen, wortel |
poten:
poete (K359a Stal),
stoppelpoten:
mn de gele peen, voederplant
stoppelpoete (K359a Stal)
|
I-7
|
22446 |
periode van de ijsheiligen |
ijsheiligen:
ééshullige (K359a Stal)
|
De periode van de ijsheiligen, 11-14 mei; op deze dagen kan het zeer koud zijn. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
22424 |
pijl |
pijl:
pijl (K359a Stal),
pèel (K359a Stal)
|
De dunne lichte staaf van hout met een scherpe punt die met een boog naar een doel wordt afgeschoten [pijl, bout, teit, straal, schicht]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
17991 |
pijn |
pijn:
pijn (K359a Stal, ...
K359a Stal)
|
pijn: De handen van dat kleine kindje doen zeer [ZND 44 (1946)]
III-1-2
|
20060 |
pioen |
cornelisroos:
kornelesroeze (K359a Stal)
|
I-7
|