19023 |
druk |
druk:
drø̜k (Q015p Stein
[(Maurits)]
[Maurits])
|
Algemeen gebruikte benaming voor de druk in het gesteente. [monogr.; N 95, 524; N 95, 357; N 95, 385; N 95, 843; N 95, 324; Vwo 292]
II-5
|
21817 |
druk praten |
tateren:
tateren (Q015p Stein)
|
druk praten [stemmen] [N 87 (1981)]
III-3-1
|
17896 |
drukken |
drukken:
drukken (Q015p Stein),
duwen:
duujen (Q015p Stein)
|
Drukken: iets aan een wegende of stuwende kracht onderwerpen (drukken, prangelen, priegelen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
19230 |
drukte maken |
boheien (rh.):
behéje (Q015p Stein)
|
drukte maken, veel moeite doen meestal op luidruchtige wijze [omstand maken, spatsen maken, statie maken] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
19274 |
drukte, gedoe |
bohei (rh.):
behij (Q015p Stein),
gedoens:
mar.: niet in deze vorm te vinden
gedoons (Q015p Stein)
|
drukte maken, veel moeite doen meestal op luidruchtige wijze [omstand maken, spatsen maken, statie maken] [N 85 (1981)] || een overvloed van bezigheden, drukte [slemeur, trubbel, navegatie, begankenis, omstand, wiet] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
28660 |
druphoning |
leekhoning:
lę̄jkhōneŋ (Q015p Stein)
|
Honing die verkregen wordt door de volle raten in een warm vertrek op een zeef te leggen of ze in een fijne neteldoek langs een warme kachel (L 416) te hangen. De honing laat men uitlekken om ze vervolgens op te vangen. De raten moeten daartoe wel eerst ontzegeld zijn. [N 63, 116a; JG 1a; monogr.]
II-6
|
25133 |
druppel |
drup:
drûp (Q015p Stein),
druppel:
druppel (Q015p Stein),
en dröppel (Q015p Stein, ...
Q015p Stein),
ennen dröppel (Q015p Stein),
⁄n dröppel (Q015p Stein)
|
druppel water [dröp, dröppel] [N 07 (1961)] || een afgescheiden, min of meer bolvormig vochtdeeltje [drup, druppel, droppel, drop] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
30413 |
dubbel scheluwe steektrap |
dobbel windscheve trap:
dǫbǝl wenjtšęjvǝ trap (Q015p Stein)
|
Trap waarvan de treden zowel boven als beneden scheefhoekig op de bomen liggen. De dubbel scheluwe steektrap is dus eigenlijk te beschouwen als een uit twee enkel scheluwe trappen bestaande trap. Zie ook afb. 69c. [N 55, 126]
II-9
|
31728 |
dubbele lat |
panlat:
panlat (Q015p Stein)
|
Lat met een formaat van ongeveer 3.5 x 5 cm (1.5 x 2 duim). [N 50, 73c]
II-12
|
29953 |
dubbele pik |
bikkel:
bekǝl (Q015p Stein)
|
Houwwerktuig met korte steel en twee in een punt uitlopende armen. Zie ook afb. 14b. [N 30, 19b; monogr.]
II-9
|