24901 |
middag (s middags) |
middag:
midich (Q015p Stein)
|
middag [RND]
III-4-4
|
27612 |
middagdienst, late dienst |
middagschicht:
medǝxšex (Q015p Stein
[(Maurits)]
[Maurits])
|
De werktijd van ''s middags 2 uur tot ''s avonds 10uur. Volgens Defoin (pag. 209) wordt de namiddagdienst in de pijlers waar de kolenwinning tijdens de morgendienst geschiedt, besteed aan het verplaatsen van de installaties en de nachtdienst aan de dakbreuk. In die waar de kolenwinning tijdens de namiddagdienst geschiedt, verricht men de verplaatsing van de installaties in de nachtdienst en de dakbreuk in de volgende morgendienst. Voor de middagdienst had men, volgens de informant van Q 15, een driekantige penning. Zie ook het lemma Controlepenning. [N 95, 117; monogr.; Vwo 509; Vwo 510; Vwo 807]
II-5
|
17838 |
middagdutje |
ungeren (zn.):
unjere (Q015p Stein)
|
Slaapje na het middagmaal; middagdutje (noenslaap, middagslaap, dutje, loertje, dutten). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
17839 |
middagdutje doen |
ungeren (ww.):
unjere (Q015p Stein, ...
Q015p Stein)
|
Dut: lichte of korte slaap (dut, hazeslaap, buts, slaapje, mufs, toer). [N 84 (1981)] || middagdutje doen (dutten). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
20573 |
middagmaal |
middag, de -:
middig (Q015p Stein, ...
Q015p Stein),
middageten:
middig ēten (Q015p Stein),
middigäten (Q015p Stein),
middigèten (Q015p Stein),
noen, de -:
middag eten (warm)
noon (Q015p Stein),
middagmaaltijd
noon (Q015p Stein)
|
maaltijden; Hoe noemt U: Namen voor de verschillende maaltijden, afhankelijk van de tijd van de dag, eventueel van het jaar [N 80 (1980)] || namen en uren van de dagelijkse maaltijden: 12 uur [ZND 18G (1935)] || namen en uren van de dagelijkse maaltijden: middag [ZND 18G (1935)]
III-2-3
|
22478 |
middelste kegel |
koning:
keuning (Q015p Stein),
koning (Q015p Stein)
|
De middelste kegel [paap, tulleman, sullepaap, kegeljan, negenman]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
17668 |
middelvinger |
lange jan:
lange Jan (Q015p Stein),
langste vinger:
langste vinger (Q015p Stein)
|
Middelvinger: de middelste, langste vinger (middelvinger, langelierboom, langeman). [N 84 (1981)]
III-1-1
|
31586 |
middennaafbanden |
navenbanden:
nāvǝbɛnj (Q015p Stein)
|
De ijzeren banden om het brede gedeelte van de naaf, aan weerszijden van de spaken. Zie ook afb. 214 en de lemmata ɛmuilbandɛ en ɛachternaafbandɛ.' [N G, 43e; N 17, 60; JG 1a; JG 1b; L 39, 22 add.; monogr.; div.]
II-11
|
30282 |
middenregel |
middenregel:
medǝrēgǝl (Q015p Stein)
|
Elk van de horizontale planken tussen de onder- en bovenregel van de vergaring van een paneeldeur. [N 55, 26e; monogr.]
II-9
|
17690 |
middenrif |
middenrif:
midderif (Q015p Stein)
|
Middenrif: spierachtig vlies tussen borst- en buikholte (rand, middelrif, middelvlies). [N 84 (1981)]
III-1-1
|