28203 |
stofgrendel, stofbarriere |
steenstofgrendel:
štęjnštofgrɛndǝl (Q015p Stein
[(Maurits)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
steenstofvloertje:
štęjnštofvlȳrkǝ (Q015p Stein
[(Maurits)]
[Maurits])
|
Een aantal omklapbare planken, bevestigd aan de kappen van de ondersteuning van een mijngang, waarop een hoeveelheid steenstof of mergelstof is aangebracht. In geval van een mijngas- of kolenstofontploffīng worden de steenstofgrendels door de luchtdruk omvergeworpen en het steenstof, dat dan naar beneden valt en opdwarrelt, vormt een stof gordijn waarin de steekvlam, die achter de luchtdruk aankomt, wordt verstikt. [N 95, 238; N 95, 239; monogr.]
II-5
|
27651 |
stoflonglijder |
silicoselijder:
silicoselijder (Q015p Stein
[(Maurits)]
[Laura, Julia])
|
Mijnwerker die lijdt aan stoflongen of silicose. [N 95, 963]
II-5
|
20306 |
stok of twijg om een kind te straffen |
gots:
gotsj (Q015p Stein),
stek:
(indien onbewerkt).
stek (Q015p Stein),
stok:
stok (Q015p Stein),
wits:
wits (Q015p Stein)
|
een stok of twijg om een kind te straffen [lat] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
20519 |
stokvis |
stokvis:
stokvèsj (Q015p Stein),
stòkvèsj (Q015p Stein)
|
bolling; Hoe noemt U: Gezouten en gedroogde vis (bolling) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
28984 |
stolpen |
stolpen:
stolpǝn (Q015p Stein)
|
Het machinaal of met de hand aanstikken van belegsels, waarbij gekeerd wordt. [N 59, 60]
II-7
|
30324 |
stolpnaald |
stolpnaald:
stǫlǝpnǭlj (Q015p Stein)
|
Naald die wordt gebruikt bij dubbele balkon- en verandadeuren en dubbele draairamen die gelijktijdig dienen te worden open- en dichtgetrokken. De stolpnaald is aan één zijde holrond uitgeschaafd. De stijl van de bijpassende vleugel is bolrond geschaafd zodat deze precies in de gleuf van de stolpnaald past. Deze sluiting is bijna volledig winddicht. Onder in de stolpnaald bevond zich volgens de invuller uit L 387 een van een waterhol voorzien profiellijstje dat 'kikker' ('kekǝr') werd genoemd. [N 55, 48]
II-9
|
28462 |
stomp staan |
niet meer bouwen:
nē mer buwǝ (Q015p Stein)
|
Stomp afwerken van de onderzijde van de raat of raten door de bijen. Deze afstomping wijst erop, dat het bouwen voor het seizoen geëindigd is. Het is een zeker teken van zwermplannen van het volk. [N 63, 16d; N 63, 16c]
II-6
|
22536 |
stompe eind van een ei |
kont:
kōnt (Q015p Stein)
|
Het stompe eind van het ei bij het eieren tikken. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
18843 |
stomverbaasd |
paf:
stoan paf (Q015p Stein),
perplex:
perplex (Q015p Stein),
verpapzakt:
verpoepzakt (Q015p Stein)
|
verbaasd, bevreemd, verwonderd zijn [toezien, staan zien] [N 85 (1981)] || zeer verbaasd [verpaft] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
20641 |
stoofvlees, zuurvlees |
zuurvlees:
zoervleis (Q015p Stein)
|
Gemarineerd rundvlees, bereid met azijn, olie en kruiden (bufflamood, zoerbrèùtje?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|