23331 |
vastentijd |
vasten:
vaste (L423p Stokkem)
|
De periode van Aswoensdag tot Pasen (de grote vasten, vastentijd). [N 96C (1989)]
III-3-3
|
26650 |
vat |
vat:
vā.t (L423p Stokkem
[(20 kg)]
)
|
Graanmaat. Naar gelang de streek kan de inhoud van een vat verschillen. Voor zover door de invullers opgegeven, is achter het plaatscodenummer tussen ronde haken het aantal kiloɛs vermeld.' [JG 1b; JG 1c; JG 2c; Jan 141; Coe 263; Grof 288; monogr.]
II-3
|
21284 |
vechten |
vechten:
faextə (L423p Stokkem)
|
Hij deed geheel de wereld vechten. [RND]
III-3-1
|
34466 |
vechthaan |
vechthaan:
vɛgān (L423p Stokkem)
|
Haan in de regel van een bijzonder ras, die afgericht wordt voor hanengevechten. Hanengevechten zijn een Haspengouwse specialiteit. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; monogr.]
I-12
|
34266 |
vee |
beesten:
bīǝstǝ (L423p Stokkem),
vee:
vīǝ (L423p Stokkem)
|
Alle huisdieren samen: paarden, runderen en kleinvee. Vergelijk het lemma ''veestapel'' (13.12) in deze aflevering. [A 11, 4; JG 1a; RND 4, 31; RND 7, 31; RND 8, 31; RND 10, 31; Wi 52; N C, add.; Vld.; monogr.]
I-11
|
34270 |
veearts |
veterinair:
vetǝrnē̜r (L423p Stokkem)
|
[JG 1a, 1b; Vld.; monogr.]
I-11
|
20503 |
veel drinken |
lampetten:
lampètte (L423p Stokkem),
lepsen:
slabberen
lepsje (L423p Stokkem),
teutelen:
tuitele (L423p Stokkem),
zuipen:
zūpə (L423p Stokkem)
|
veel drinken || veel koffie drinken || zuipen (overmatig drinken) [ZND 08 (1925)]
III-2-3
|
24262 |
veer |
veer:
vāēr (L423p Stokkem)
|
veer, veder [Willems (1885)]
III-4-1
|
23659 |
veertigurengebed |
veertigurengebed:
fiertig oore gebed (L423p Stokkem)
|
Het veertigurengebed: de drie dagen = veertig uur durende aanbidding van het uitgestelde Allerheiligste, gehouden b.v. tijdens de carnavalsdagen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
34267 |
veestapel |
beesten:
biǝstǝ (L423p Stokkem)
|
Al het vee dat op een boerenbedrijf aanwezig is. Vergelijk het lemma ''vee'' (13.11) in deze aflevering. [JG 1a, 1b]
I-11
|