e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Stokkem

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vleugel vleugel: vleigel (Stokkem) vleugel [Willems (1885)] III-4-1
vleugels in de wanmolen taupen: tau.pǝ (Stokkem), windvleugels: wę.ñšflø.gǝls (Stokkem) De schuingeplaatste plankjes die op een as zijn gemonteerd die wordt aangedreven, waardoor er een windstroom ontstaat, in de wanmolen. [N 14, 45b; JG 1a, 1b, 2c; monogr.] I-4
vliegen van de mand schieten: sxētǝ (Stokkem), uitlopen: ūǝtlawpǝ (Stokkem) Het van onder naar boven breder uitlopen van de mand. De uitloop zelf werd verloop genoemd in Ottersum (L 163: vǝrlōp) en Stramproy (L 318: vǝrlǫwp. [N 40, 64] II-12
vliegennet vliegennet: [vliegennet] (Stokkem), vlēgǝnęt (Stokkem) Fijnmazig net dat over een ingespannen paard wordt gehangen om het tegen vliegen te beschermen. [JG 1a, 1b, 2a, 2b; N 13, 82a] || geziefernet I-10
vlieger windvogel: /  weinchvoagel (Stokkem), weindvogel (Stokkem) / [SND (2006)] || windvogel [SND (2006)] III-3-2
vlier heulenteul: úilentèuil (Stokkem), -  eulenteul (Stokkem), heulenteul (Stokkem), gecombineerd met ZND 8 055, idem  eulenteul (Stokkem), vlier: fleer (Stokkem), vleer (Stokkem) vlier || vlierboom (sambucus nigra) [ZND 15 (1930)] || vlierstruik III-4-3
vlierbes inktbol: ènkbol (Stokkem) vlierbesbolletje III-4-3
vlinder pepel: pepəl (Stokkem), piepel (Stokkem) vlinder || vlinder, pepel [RND] III-4-2
vlinderdasje nondejuke: noͅndədžykə (Stokkem), strikje: štrekskə (Stokkem) vlinderstropdas [nondejuuke, striekske] [N 23 (1964)] III-1-3
vlo (enk.) luis: loes (Stokkem), vlo: vloeej (Stokkem), vloeë (Stokkem) vlo || vlo (pulex irritans), enk. [DC 54 (1979)] || vlo, vlooi [Willems (1885)] III-4-2