e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Swalmen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hert, ree ree: ree (Swalmen) Ree, zonder onderscheid van geslacht [N 94 (1983)] III-4-2
het bakproces ten einde brengen afbakken: āfbakǝ (Swalmen) De baktijd, de tijd die nodig is om een goed gebakken brood te verkrijgen, is verschillend en afhankelijk van de oventemperatuur, van de grootte van het te bakken brood, van de bij de deegbereiding gebruikte grondstoffen (Schoep blz. 107). [N 29, 49] II-1
het binnenkomen van de duif binnengaan: geit binne (Swalmen) Hoe zegt men: het binnenkomen? [N 93 (1983)] III-3-2
het deeg op de werkbank verdelen verdelen: vǝrdęjlǝ (Swalmen) Het verdelen van het deeg in stukken die, eenmaal gevormd en gebakken, de bepaalde broodvorm met het bepaalde gewicht zullen geven. De bij deze vraag opgegeven woordtypen "afwagen", "wagen", "afwegen", zijn overgebracht naar het lemma ''deeg afwegen''. [N 29, 32a; N 29, 30b; monogr.] II-1
het geluid dat de duif maakt bij de duivin in een hoekje te jagen (baltsverschijnsel) brommen: brômme (Swalmen) Hoe benoemt men de volgende baltsverschijnselen van duiven: het geluid dat de duif daarbij maakt? [N 93 (1983)] III-3-2
het heilig hartbeeld laten introniseren introniseren (<fr.): intronisere (Swalmen) Een beeld van het H.Hart in het huisgezin laten introniseren, d.w.z. plechtig een ereplaats geven, door een parochiegeestelijke, wanneer die op huisbezoek komt. [N 96B (1989)] III-3-3
het hooi is binnen is binnen: es˱ bø̜nǝ (Swalmen), is onder de droge: es˱ ǫŋǝr dǝ drø̄gǝ (Swalmen) Gevraagd werd naar de dialekt-weergave van de uitdrukking "Het hooi is binnen". In Q 100 vult de zegsman dan aan: "Het hooi is onder de pannen ... en den erme man is oet de sjuur." Het onderwerp van de gegeven uitdrukkingen is steeds: hooi. [N 14, 127] I-3
het kalf afdraaien afdraaien: āfdręi̯ǝ (Swalmen) Het kalf met mechanische middelen ter wereld helpen. [N 3A, 54a] I-11
het land aftreden aftreden: ā.ftrę̄.i̯ǝ (Swalmen) Voordat men begint te ploegen, schrijdt men de akker langs twee tegenover elkaar gelegen zijden af, a) om het midden te bepalen als men bijeen gaat ploegen, b) om hem in gelijke stukken te verdelen, als men in panden gaat ploegen, c) om de vooraf of achteraf te ploegen hoek uit te zetten, als het een gerende akker betreft. De opgesomde termen, die alle "het land", "de akker", "de plak" e.d. als object veronderstellen, zijn ook toepasselijk op het schrijdend opmeten van het land in het algemeen. [N 11, 40; N 11A, 131a; JG 1a + lb; monogr.] I-1
het lossen uitstellen uitstellen: oetsjtêlle (Swalmen) het lossen uitstellen? [N 93 (1983)] III-3-2