23999 |
kinderdoop |
kinderdoop:
kingerdoup (L270p Tegelen)
|
Een kinderdoop. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
21701 |
kinderfiets |
kinderfiets:
kingerfiets (L270p Tegelen)
|
Hoe noemt u in uw dialect: een rijwiel waar kleine kinderen op rijden [N 99 (1991)]
III-3-1
|
22691 |
kinderfluitje |
feep:
[Met afbeelding].
feep (L270p Tegelen),
fluitje:
[Met afbeelding].
flötje (L270p Tegelen)
|
1. Zelfvervaardigd blaasinstrumentje van hazelaarshout of van n korenstengel. || Fluitje, uit een hazelaarstakje zelfvervaardigd blaasinstrumentje.
III-3-2
|
18738 |
kinderhemd? |
hemd:
hemp (L270p Tegelen, ...
L270p Tegelen)
|
Onderhemd voor kinderen. Hoe noemt men in uw dialect het hemd dat onder de bovenkleding wordt gedragen, direct op het lichaam: van kinderen? [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
18674 |
kinderkleren |
kinderkleedjes:
kingerklèdjes (L270p Tegelen),
kinderkleren:
kinger kleiër (L270p Tegelen),
kingerkleier (L270p Tegelen),
Kingerkleier (L270p Tegelen),
kingerkleier (L270p Tegelen, ...
L270p Tegelen),
kingerkleijer (L270p Tegelen)
|
kinderkleren, kinderkleertjes [N 23 (1964)] || Kinderkleren. [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
23567 |
kinderkoor |
kinderkoor:
kingerkoor (L270p Tegelen)
|
Het kinderkoor, jongenskoor of knapenkoor, een zangkoor van kinderen uit de hoogste klassen van de lagere school. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23505 |
kindermis |
kindermis:
kingermis (L270p Tegelen)
|
Een kindermis, schoolmis [kiendermis, kingermès, sjoeëlmès?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
18590 |
kinderondergoed |
ondergoed:
ongergood (L270p Tegelen),
ondergoed voor kinderen:
ongergood vur kinger (L270p Tegelen)
|
Ondergoed voor kinderen. [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
18362 |
kinderschort met mouwen |
mouwenscholkje:
moewesjölkske (L270p Tegelen, ...
L270p Tegelen,
L270p Tegelen)
|
kinderschort met mouwen [smul] [N 24 (1964)]
III-1-3
|
23925 |
kindje jezus |
kindje jezus:
kientje jezus (L270p Tegelen)
|
Het Jezuskind, het kind(je) Jezus, Jezuke. [N 96D (1989)]
III-3-3
|