| 19248 |
gedenken; gedachtenis |
gedenken:
gedeenke (Q197a Terlinden)
|
terugdenkend aan overleden personen op bepaalde data [gedenken, geheugen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 24000 |
gedoopt worden |
gedoopt worden:
gedöpt waere (Q197a Terlinden)
|
Gedoopt worden. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
| 33915 |
gedrukt |
gewond:
gǝwōnt (Q197a Terlinden)
|
Een slecht passend tuig - vooral het gareel bij het trekken - drukt door op de huid. Het paard krijgt drukwonden en vlekken. Vgl. het lemma ''witte vlekken'' (7.34). [N 8, 94b]
I-9
|
| 18916 |
gedwee |
gewillig:
gewillig (Q197a Terlinden)
|
blijken van onderworpenheid tonend, zonder nadenken opdrachten uitvoerend [gewillig, braaf, gedwee, gemakkelijk, goed, zacht] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 18098 |
geelzucht |
geel verf:
gèèl verf (Q197a Terlinden)
|
Geelzucht: ziekte die zich uiterlijk kenmerkt door de gele kleur die de huid aanneemt ten gevolge van de opneming der galkleurstof in het bloed (galzucht, galziekte, geluw, gele verf, geelverf, verf, geelaard, gele ziekte). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
| 32746 |
geerakker |
kortvoren:
kǫrt˲vǭrǝ (Q197a Terlinden),
scheut:
šø̄ ̝ǝt (Q197a Terlinden)
|
Onder een geerakker wordt hier verstaan dat deel van een akker dat gerend geploegd moet worden als de akker niet de vorm van een rechthoek of een parallellogram heeft. De benaming voor dit onderdeel is niet zelden ook op de gerende akker in zijn geheel toepasselijk. Opgaven die duidelijk de (geometrische) vorm of een scherpe hoek van een akker bleken te betreffen, zijn in dit lemma echter niet opgenomen. Zie verder ook het volgende lemma. [N 11, 4b + 64; N 11A, 127 + 137f + 137g; N P, 1; A 33, 9 add.; A 33, 10; JG 1a + 1b; JG 2b-4, 7; monogr.]
I-1
|
| 24078 |
geestelijke |
wereldheer:
waereldhieër (Q197a Terlinden)
|
Een priester die geen pater is [heer, geesteling]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
| 18832 |
geestig |
komiek:
komiek (Q197a Terlinden)
|
met fijnzinnige humor [koel, gevat, geestig] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 30776 |
gegolfd glas |
geribbeld glas:
gǝrebǝlt ˲glās (Q197a Terlinden)
|
Gegoten of geperst ondoorzichtig vensterglas met evenwijdig lopende ribben dat wordt gebruikt voor dakbedekking, deurpanelen, etc. [N 67, 89e]
II-9
|
| 23728 |
geheimen van de rozenkrans |
geheimen:
de geheime (Q197a Terlinden)
|
De geheimen van de Rozenkrans bestaande uit de blijde geheimen, de droevige geheimen en de glorierijke of glorievolle geheimen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|