18641 |
voile [2] |
voiletje (<fr.):
vuəjlkə (K353p Tessenderlo)
|
tule, strook ~ van de grote witte muts die van het hoofd afhing over schouders en rug {afb} [slöjjer] [N 25 (1964)]
III-1-3
|
18433 |
volant |
volant:
vōlãŋ (K353p Tessenderlo),
volant (fr.):
voola͂ng (K353p Tessenderlo)
|
Een strook op een japon die maar aan één kant vastzit. Het volant-effect is een decoratieve afwerking waarbij gebruik wordt gemaakt van de rekbaarheid van de gebreide stof. Het klokkende effect wordt verkregen door de stof op te rekken tijdens het stikken (Het Beste Naaiboek, pag. 314). [N 62, 42b; N 62, 42a; MW; monogr.] || Hoe noemt U: een strook op een japon die maar aan één kant vastzit (volant?)? [N 62 (1973)]
II-7, III-1-3
|
21268 |
volk (mensen) |
volk:
foͅlək (K353p Tessenderlo)
|
volk [RND]
III-3-1
|
23692 |
volle aflaat |
volle aflaat:
vollen aflaot (K353p Tessenderlo)
|
Een volle aflaat. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
34304 |
volwassen, mannelijk varken (ongesneden) |
beer:
biǝr (K353p Tessenderlo),
bēr (K353p Tessenderlo),
bīr (K353p Tessenderlo),
bīǝr (K353p Tessenderlo)
|
De benamingen in dit lemma duiden op het volwassen, ongesneden, mannelijk varken. Opgaven voor het volwassen, ongesneden, mannelijk varken die beantwoorden aan de woordtypen berg en barg zijn verplaatst naar het lemma ''gesneden mannelijk varken'' (1.2.2). Zie afbeelding 1. [N 19, 7; RND 46 en 84; S 2; A 4, 4a; L 1a-m; L 20, 4a; L 37, 49d; L 14, 12; JG 1a, 1b; monogr.]
I-12
|
20313 |
volwassen, volgroeid |
volwassen:
volwassen (K353p Tessenderlo)
|
volwassen; volgroeid, de volle wasdom bereikt hebbend [volwas-sen, volslagen] [N 115 (2003)]
III-2-2
|
19412 |
vonk |
geinster:
gunstər (K353p Tessenderlo, ...
K353p Tessenderlo),
vonk:
vuŋk (K353p Tessenderlo, ...
K353p Tessenderlo)
|
vonk, geinster [ZND 01 (1922)], [ZND 23 (1937)]
III-2-1
|
20174 |
voogd |
momber:
mōēmmer (K353p Tessenderlo),
mŏĕmmər (K353p Tessenderlo)
|
voogd (over minderjarige kinderen) [ZND 08 (1925)]
III-2-2
|
26008 |
vooraanweeg |
graangeweeg:
grǭngǝwēx (K353p Tessenderlo),
zakgeweeg:
zak˲gǝwēx (K353p Tessenderlo)
|
De zijkant van de molenkast tegenover de plaats waar de vang zit. [N O, 47b]
II-3
|
23724 |
voorbidden |
voorbidden:
verbidde (K353p Tessenderlo)
|
Voorbidden. [N 96B (1989)]
III-3-3
|