24010 |
eerste communie |
eerste communie (<lat.):
iëste kommuniej (L374p Thorn)
|
De eerste H. Communie. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
22038 |
eerste ei |
eerste ei:
Algemene opmerkingen bij deze vragenlijst:
iəste ei (L374p Thorn)
|
Hoe heet verder: het eerste ei? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
24043 |
eerste mis van de neomist |
eerste mis:
iëste mès (L374p Thorn)
|
De eerste H. Mis van de Neomist in de parochie van herkomst [priemiets, ieësjte maes]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
33121 |
eerste rij schoven van het dorsbed |
bed:
[bed] (L374p Thorn)
|
De meest gebruikelijke inrichting van het dorsbed bestaat uit één lange rij schoven, in de lengterichting van de dorsvloer achter elkaar gelegd, en daarop een tweede laag die bestaat uit twee rijen, met de koppen van de schoven naar elkaar toegekeerd, zodat de aren op de eerste, ondersterij rusten. In dit lemma staan de benamingen van de eerste, onderliggende rij bijeen, die in lengterichting achter elkaar liggen. Opmerkenswaard (en elders ongebruikelijk) is hetgeen de zegsman van L 330 opgeeft: "drie of vier schoven werden losgemaakt en uitgespreid over de dorsvloer voordat het eigenlijke bed van twee rijen schoven met de koppen naar elkaar toe werd gelegd". Voor de fonetische documentatie van de woord(delen) [bed] en [brei], zie het lemma ''dorsbed, de laag schoven op de dorsvloer'' (6.1.16). Zie ook afbeelding 11, a.' [N 14, 17a; JG 1c, 2c; monogr.]
I-4
|
23782 |
eerste zondag van de vasten |
eerste zondag van de vasten:
iëste zòndig vanne vaste (L374p Thorn)
|
De eerste zondag van de vasten (Fakkelzondag, walmenzondag). [N 96C (1989)]
III-3-3
|
24972 |
eerstvolgend, ernaast |
eerstvolgend:
ĭĕstvolgentj (L374p Thorn),
naast:
naast (L374p Thorn)
|
eerstvolgend, direct op een genoemde volgend [naast] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
19952 |
eetketel |
henkelmann:
eŋkǝman (L374p Thorn),
henkelpot:
eŋkǝpot (L374p Thorn)
|
Etensketel waarin de warme maaltijd voor de steen- en pannenbakkers werd gebracht, bestaande uit twee of drie pannen die door een handvat met elkaar verbonden waren. In L 270 werd een dergelijke dubbelketel met warm eten ɛs middags meestal door kinderen naar de kleiput gebracht.' [N 98, 12; monogr.]
II-8
|
23912 |
eeuwig |
eeuwig:
iëwig (L374p Thorn)
|
Eeuwig [ieëweg, èwwig]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
24430 |
egel |
kroe-echel:
kroeëchel (L374p Thorn),
stekelvarken:
stekelverke (L374p Thorn, ...
L374p Thorn)
|
egel [DC 04 (1936)], [SGV (1914)]
III-4-2
|
24751 |
egelboterbloem |
boterbloem:
idiosyncr.
bòtterbloom (L374p Thorn)
|
Egelboterbloem (ranunculus flammula 15 tot 50 cm groot. De stengels staan rechtop of zijn opstijgend, soms gedeeltelijk liggend en wortelend; de bladeren zijn langwerpig tot lancetvormig, de onderste zijn lang gesteeld en gaafrandig of iets getand; de b [N 92 (1982)]
III-4-3
|