e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Thorn

Overzicht

Gevonden: 6288
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
breken, doorbreken doorbreken: dōrbrę̄kǝ (Thorn  [(Maurits)]   [Domaniale]) Gezegd van ondersteuningen en met name de kap ervan. Ondersteuningen kunnen breken als gevolg van de druk in het gesteente. [N 95, 355; monogr.] II-5
brem brem: brüm (Thorn) brem [Roukens 03 (1937)] III-4-3
bremraap bremtol: idiosyncr.  bremtol (Thorn) Bremraap (orobanche rapum-genistae). De meeldraden beginnen helemaal onderaan op de binnenzijde der kroonbuis. Ze zijn aan hun voet onbehaard. De bloemen zijn 2 tot 2, 5 cm lang, licht roodbruin of vleeskleurig. Woekert bijna uitsluitend op de brem. De fo [N 92 (1982)] III-4-3
brengen brengen: bringe (Thorn) brengen [SGV (1914)] III-1-2
bretel bretel (<fr.): bretelle (Thorn), help: helpe (Thorn) bretels, stel schouderbanden om de broek op te houden [N 23 (1964)] III-1-3
breuk breuk: bruûk (Thorn) breuk [SGV (1914)] III-1-2
breukeling breukeling: brø̄̄ǝkǝleŋ (Thorn) Mislukte pan, pan van tweede soort. [monogr.] II-8
breukhengst slecht gesneden: slecht gesneden (Thorn) Een hengst waarbij door het castreren een darmuitstulping optreedt. [N 8, 61c] I-9
breuklijn breeklijn: bręklīn (Thorn  [(Maurits)]   [Emma]) De lijn waarlangs het dakgesteente moet afbreken, wanneer de ondersteuningen geroofd worden. [N 95, 579; monogr.] II-5
breukpand vulling: vøleŋ (Thorn  [(Maurits)]   [Emma, Hendrik, Wilhelmina]) Het pand waar de ondersteuning wordt geroofd met als doel het dak te laten instorten. De invuller uit Q 21 merkt over de opgaven "roofpand" en "vulling" het volgende op: voordat de nachtdienst de transportmiddelen, de lucht- en waterleidingen en de verlichting verplaatst had naar het nieuwe pand en het oude pand had geroofd, sprak men van het "roofpand", dit in tegenstelling tot het nieuwe pand dat het "koolpand" werd genoemd. Als de dagdienst begon, gebruikte men de term "roofpand" niet meer maar werd over de "vulling" gesproken. [N 95A, 14; monogr.; Vwo 198; Vwo 730] II-5