24172 |
huismus, mus |
korenpikker:
korrepikker (L245b Tienray),
korenvreter:
kòrevrèter (L245b Tienray),
mus:
mus (L245b Tienray)
|
Hoe heet de huismusch? [DC 06 (1938)] || huismus || mus (in het bijzonder)
III-4-1
|
24389 |
huisvlieg, vlieg |
gatvlieg:
gatvlīēg (L245b Tienray),
vlieg:
vlieg (L245b Tienray),
vlīēg (L245b Tienray)
|
vlieg || vlieg, huisvlieg [DC 18 (1950)] || vlieg, soort
III-4-2
|
33609 |
huisweide |
bleek:
voor het bleken van de was; anders gazon
bleik (L245b Tienray),
groes:
grūs (L245b Tienray)
|
Onderhouden grasveld (bleek, gazon, gruis) [N 79 (1979)]
I-7
|
23732 |
huiszegen |
huiszegen:
huszegen (L245b Tienray)
|
De Huiszegen, d.w.z. een ingelijste afbeelding van O.L. Heer aan het kruis, waaronder enkele gebeden, of een tekstplaat in sierschrift, waarop een gebed over huis en bewoners of een uit Rome ontvangen plaat waarop de afbeelding van de paus, vermelding van [N 96B (1989)]
III-3-3
|
21807 |
hulp vragen |
vragen om te helpen:
vrâôge um te helpe (L245b Tienray)
|
iemand vragen te helpen [genaden] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
18936 |
hulp, bijstand |
hulp:
hölp (L245b Tienray, ...
L245b Tienray)
|
de ondersteuning die men iemand geeft om zijn werk af te maken [hulp, genade] [N 85 (1981)] || hulp
III-1-4
|
24572 |
hulst |
hulst:
Veldeke aangepast
hulst (L245b Tienray)
|
De altijdgroene heester met stijve, stekelpuntige, glimmende bladeren, witte bloemen en rode bessen; hulst (heukel, velst, ulster, prikblad). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
17956 |
huppelen |
huppelen:
huppele (L245b Tienray)
|
Huppelen: met kleine sprongetjes zich voortbewegen (hippen, hoppen, huppen, huppelen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
22405 |
hutselen |
schudden:
schudde (L245b Tienray)
|
Schudden van het geld voordat men het opgooit [hutselen, uteren]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
21333 |
huurpenning |
huurpenning:
[beïnvloeding door suggesties "huurpenning [...] worrel, weerder"in de vraagstelling]
huurpenning (L245b Tienray)
|
het geld dat de koper, of huurder contant ontvangt om de overeenkomst te bevestigen [huurpenning, godspenning, handpenning, worrel, weerder] [N 89 (1982)]
III-3-1
|