18222 |
lap |
lap:
lap (L245b Tienray)
|
sterke doek of stof [lap, vel, lel, del] [N 86 (1981)]
III-1-3
|
24420 |
larve van de libel |
sprokkel:
sprokkel (L245b Tienray)
|
larve vd libel
III-4-2
|
18933 |
last, moeilijkheid |
last:
lâst (L245b Tienray)
|
het moeilijk zijn [slameur, last] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
18980 |
laster |
laster:
laster (L245b Tienray)
|
het schenden van iemands goede naam [achterpraat, achterklap, laster] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
18999 |
lasteren |
belasteren:
belastere (L245b Tienray)
|
iemands goede naam schenden [labbekakken, insteken, bespreken, rabbelen, klapperen, commeren] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
19297 |
lastig (werken) |
moeilijk:
moeilijk (L245b Tienray, ...
L245b Tienray),
zwaar:
zwâôr (L245b Tienray)
|
niet zonder moeite of inspanning volbracht of afgedaan kunnend worden, niet gemakkelijk [difficiel, delicaat, ongemakkelijk, onklaar, zwaar moeilijk] [N 85 (1981)] || zwaar vallend [bezwaarlijk, kwalijk] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
19289 |
lastig zijn |
donderjagen:
dónderjage (L245b Tienray),
kneuteren:
kneutere (L245b Tienray),
vervelen:
vervèle (L245b Tienray)
|
tot last zijn, kwelling veroorzaken [vervelen, klieren, sarren, tergen, hengelen, kneuten, kneuteren, donderjagen, moesjanken,vernooien, verleden] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
21812 |
lastigvallen |
hinderen:
hindere (L245b Tienray)
|
iemand bij zijn werk storen of ophouden [plagen, steken, hinderen] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
31724 |
lat |
lat:
lat (L245b Tienray)
|
In het algemeen een gezaagde strook hout met geringe breedte en dikte. [N 50, 73e; N 50, 74a; monogr.]
II-12
|
23752 |
laten wijden |
inwijden:
ienwieje (L245b Tienray),
laten zegenen:
laote zegene (L245b Tienray, ...
L245b Tienray,
L245b Tienray)
|
Een huis of gebouw laten (in)wijden/(in)zegenen. [N 96B (1989)] || Een kruisbeeld, een heiligenbeeld(je), een kaars laten wijden/zegenen. [N 96B (1989)] || Een rozenkrans, een scapulier, een medaille, een kruisje laten wijden/zegenen door een priester. [N 96B (1989)] || Een voertuig (auto/wagen) laten wijden/zegenen, op of rond het feest van St. Christoffel (25 juni). [N 96B (1989)]
III-3-3
|