22556 |
pesten (kaartspel) |
pesten:
peste (L245b Tienray)
|
Namen [en beschrijving] van diverse kaartspelen zoals: [bonken, eenentwintigen, hoogjassen, kajoeteren, klaverjassen, kwetten, kruisjassen, liegen, pandoeren, petoeten, schuppemiejen, smousjassen, tikken, toepen, wijveren, zwartebetten, zwartepieten, zwik [N 88 (1982)]
III-3-2
|
19139 |
pesterij |
temptatie:
temptatie (L245b Tienray)
|
het kwellen [plaag, temptatie] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
20410 |
petekind |
petekind:
pètekiend (L245b Tienray)
|
een petekind [patekink] [N 96D (1989)]
III-2-2
|
22527 |
petoeten, zwikken (kaartspel) |
petoeten:
petoete (L245b Tienray)
|
Namen [en beschrijving] van diverse kaartspelen zoals: [bonken, eenentwintigen, hoogjassen, kajoeteren, klaverjassen, kwetten, kruisjassen, liegen, pandoeren, petoeten, schuppemiejen, smousjassen, tikken, toepen, wijveren, zwartebetten, zwartepieten, zwik [N 88 (1982)]
III-3-2
|
24927 |
petroleum |
petroleum:
petroleum (L245b Tienray)
|
petroleum, minerale licht ontvlambare stof die vooral tot verlichting in lampen en als brandstof wordt gebruikt [petrol, peter-, stink-, bron-, brom-, gasolie] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
19547 |
petroleumlamp |
lampe belge:
lamp˂beͅls (L245b Tienray)
|
lampe belge, grote hangende peroleumlamp
III-2-1
|
20059 |
petunia |
petunia:
± Veldeke \'als Ned.\'
petunia (L245b Tienray),
± Veldeke als Ned.
petunia (L245b Tienray)
|
[N 92 (1982)]Petunia (petunia hybrida). Paarse, blauwe, rode, witte of gestreepte bloemen, ze worden als sierplanten gekweekt. De bloemkroon is groot, trechtervormig. Het zijn behaarde kruiden, kleverig op het gevoel door de talrijke klierharen (petunia, petertunneke, [N 92 (1982)]
I-7, III-2-1
|
33569 |
peulerwten |
peulen:
Veldeke aangepast
peul (L245b Tienray)
|
De peulerwt; soort van erwt waarbij de hele vrucht gegeten wordt, ook de schil (sluimerwt, hauw(ke), peul, suikererwt, blie-erwt). [N 82 (1981)]
I-7
|
20815 |
peulvruchten doppen |
doppen:
døͅpə (L245b Tienray)
|
van de dop of de peul ontdoen
III-2-3
|
20572 |
peuzelen |
oppeuzelen:
óppeuzele (L245b Tienray)
|
peuzelen; Hoe noemt U: Langzaam en met smaak eten (pluizen, peuzelen) [N 80 (1980)]
III-2-3
|