e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Tienray

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
poetsen, schoonmaken poetsen: poetse (Tienray), schoonmaken: schòn mäake (Tienray) Reinigen, poetsen, (poetsen, kuisen, schoonmaken) [N 79 (1979)] III-2-1
poetsmiddel poets: poets (Tienray) Zacht schuurmiddel voor b.v. zilver of koper (kuis, poets, potlood) [N 79 (1979)] III-2-1
pokdalig mottig: mottig (Tienray) pokken: Door pokken geschonden, gezegd van de huid (mottig). [N 84 (1981)] III-1-2
poken oprakelen: oprø͂ͅkələ (Tienray, ... ), rakelen: rōͅkələ (Tienray), rø͂ͅkələ (Tienray), lange ö. n.b. boven de öö, moeten nog horizontale strepen staan; deze combinatie is niet te maken.  röökele (Tienray) Met een pook in de kachel of het vuur porren (poken, peuteren, rakelen, koteren) [N 79 (1979)] || oprakelen, oppoken || opstoken || poken III-2-1
polijsten polijsten: polīstǝ (Tienray) Het metaal met fijn schuurmateriaal glad en glanzend maken. Het polijsten kan gebeuren met behulp van schuurlinnen, een polijstvijl, met polijstpoeder of met polijstpasta. Zie ook deze lemmata. De invuller uit Q 83 vermeldt ook het gebruik van staalwol (stuǝlwǫl) bij het polijstwerk. [N 64, 55a; monogr.] II-11
politieagent politie (<lat.): pliesie (Tienray) een agent van politie [linkert, agent] [N 90 (1982)] III-3-1
pompen van de meikever geld tellen: Veldeke (aangepast)  geld telle (Tienray) Hoe noemt u het herhaalde malen de vleugels bewegen voordat hij opvliegt, gezegd van een meikever (geld tellen) [N 83 (1981)] III-4-2
pompenmaker pompenslager: pōmpǝslē̜gǝr (Tienray) Koperslager die zich vooral toelegt op het vervaardigen en plaatsen van waterpompen. Toen in L 329 de waterleiding haar intrede deed, bleef daar aanvankelijk pompenmaker het woord om een loodgieter aan te duiden; thans wordt het woord in deze betekenis vrijwel niet meer gebruikt. [N 66, 56; L 34, 17a; monogr.] II-11
ponton pont: pónt (Tienray) een drijvende brug (ponton) [N 90 (1982)] III-3-1
pook rakelijzer: rø͂ͅkəlizər (Tienray) pook III-2-1