e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q162p plaats=Tongeren

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gewelfschildering muurschilderij: en mōērsjilderaj (Tongeren), plafondschilderij: en plefóngsjilderaj (Tongeren) Een gewelfschildering, muurschildering. [N 96A (1989)] III-3-3
geweten conscintie (<fr.): kònsjiënse (Tongeren), geweten: t geweete (Tongeren), t gewete (Tongeren) Het geweten [et jewisse]. [N 96D (1989)] III-3-3
gewichten gewichten: gǝwextǝ (Tongeren), gewichtstenen: gǝwixstejn (Tongeren) De gewichten van de bascule moesten jaarlijks geijkt worden door een overheidsfunctionaris. Zie ook het lemma ɛijkenɛ. Elke molenaar had gewichten van 20, 10, 5, 2, 1 en 0,5 kg.' [Coe 261; Grof 286] II-3
gewillig gewillig: gëwillig (Tongeren) gewillig III-1-4
gewone melkdistel douwdissel: ǫu̯desǝl (Tongeren), douwdistel: dǫu̯destǝl (Tongeren) Sonchus oleraceus L. Een op bouwland, in moestuinen en wegbermen voorkomend onkruid met een penwortel, bleekgele tot gele bloempjes uit "buikige" korfjes in een scherm en met grof ingesneden dof- of grijsgroen, vaak paars aangelopen bladeren met een stekelige bladrand. Het wordt 30 tot 90 cm hoog en bloeit van juni tot de herfst. I-5
gewone spurrie spurrie: spø̜r (Tongeren) Spergula arvensis L. Een 15 tot 40 cm hoge plant met rechtopstaande stengels en smalle, priemvormige bladeren in kransen en kleine witte bloempjes. Spurrie bloeit van juni tot september en wordt vooral op zandgronden als veevoeder gekweekt. [N Q, 2; JG 1a, 1b; L A1, 245; R 3, 28; monogr.] I-5
gewoonte gewente: gewênte (Tongeren), mar.: van `wennen  gëwéntë (Tongeren) gewoonte || Gewoonte. [Willems (1885)] III-1-4, III-3-2
gewricht gewricht: e gevrich (Tongeren), e gewriX (Tongeren), gevricht (Tongeren), gəvrix (Tongeren), scharnier: šərnir (Tongeren) gewricht, gewrichten (draaipunt in het beenderstelsel) [gewrichte, gewervele, gewerve] [N 10 (1961)] || hoe heet het gewricht van een lidmaat, d.i. de plaats waar de beenderen van armen of benen met elkaar verbonden zijn ? [ZND 24 (1937)] III-1-1
gezegde gezegde: gezègdë (Tongeren) Noem het (dialect)woord voor: een uiting zoals: "een vrolijke Frans", "met hart en ziel",...? [gezegde] [N 102 (1998)] III-3-1
gezicht (spotnamen) bakkes: bakkes (Tongeren, ... ), bakəs (Tongeren), fysionomie: fitəməs (Tongeren), fītəməs (Tongeren), gevel: geͅvəl (Tongeren), gezicht: gəzix (Tongeren), muil: maul (Tongeren, ... ), mawl (Tongeren), smikkel: šmikəl (Tongeren), smoel: smul (Tongeren), smūl (Tongeren), snuit: snūt (Tongeren) gezicht, gelaat: spotbenamingen [N 10 (1961)] III-1-1