e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q162p plaats=Tongeren

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
torenvalk muizensperwer: mauzəspeͅləvər (Tongeren) valk: torenvalk (34 bekende vogel met spitse vleugels; vliegt vrij langzaam; hangt vaak stil in de lucht en laat zich dan vallen om een muis o.i.d. te vangen; broedt in boomnest of in torens [N 09 (1961)] III-4-1
tornen lossnijden: lǫsnajǝ (Tongeren) De naad of steken losmaken en uithalen. [N 62, 22; A 4, 27b; L 20, 27b; Gi 1.IV, 20; MW; S 38] II-7
tortelduif roekduif: rōēkdauf (Tongeren), rūkdauf (Tongeren), Syn. tòttëldauf (tortelduif).  rōēkdauf (Tongeren), roekduifje: rukdeͅfkə (Tongeren), tortelduif: totəldauf (Tongeren, ... ), tòttëldauf (Tongeren), bijna nooit  toͅtəldauf (Tongeren), Syn. roe:kdauf.  tòttëldauf (Tongeren), tortelduifje: totəldeͅfkə (Tongeren) Een tortelduif. [ZND A1 (1940sq)] || tortel (28 bekende zomervogel; slank en lichtbruin; nestje meestal in hoge struiken; roep [toerrrrr, toerrrrr] [N 09 (1961)] || tortelduif || Tortelduif. III-3-2, III-4-1
touwtjespringen koordjespringen: /  kjeudje sprengen (Tongeren), kjeudje springen (Tongeren), kjùdsjë spréngë (Tongeren), I (P.M. kieutchespreenge veur de metskes), J.B.W. (V.L., 09-03-39), II, III.  kyùdsjëspréngë (Tongeren) / [SND (2006)] || Kinderspel voor meisjes (touwtje springen). III-3-2
trage vrouw chipoteuse (fr.): cf. fr. chipoter  sjïppëteus (Tongeren) treuzelaarster III-1-4
traktatie bij het plaatsen van de mei traktaat (<lat.): `t tráktôôt (Tongeren) de tractatie bij het plaatsen van die tak of vlag [N 112 (2006)] III-3-2
tranende ogen jankogen: Tranende ogen.  juŋkougə (Tongeren), leepogen: leͅijpouwgə (Tongeren), lɛɛPoouge (Tongeren), Met witte slaapresten.  leͅpouge (Tongeren), soepogen: Dikke rode (ontstoken) ogen.  sopougə (Tongeren), traanogen: Tranende ogen.  truwoinougə (Tongeren) oog: tranende ogen [sijp-, siep-, sijper-, seeper-, soep-, leep-, prutooge] [N 10 (1961)] III-1-1
trant gang: në gank (Tongeren) Wijze van gaan (gank, loop, trant) [N 108 (2001)] III-1-2
trap trap: trap (Tongeren, ... ) trap [ZND A2 (1940sq)] III-2-1
trapeze (circus) trapeze: trapɛ:̞s (Tongeren) Trapèze: trapeze, trapees (gymnastiek). III-3-2