e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Tongeren

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
europese kanarie chineesje: sinekə (Tongeren) kanarie, Europese ~ (11,5 gelig-bruinig; heel kort bekje, gele stuit; nog niet lang hier op trek; nog zeldzaam; meest in Oost-Brabant; laatste tijd als bastaard * gewone kanarie in kooi; zang stelt niet veel voor, rinkelend [N 09 (1961)] III-4-1
evangelie evangelie: t évangeeli (Tongeren) De tweede lezing, het evangelie [t evangillie, evangjillióm?]. [N 96B (1989)] III-3-3
evenaar, tweespanszwenghout balans: blã.ns (Tongeren), bála.ns (Tongeren), schei: šęi̯ (Tongeren), warshout: wię.shǫu̯.t (Tongeren), warsschei: więsšęi̯ (Tongeren), wīǝ.sšei̯ (Tongeren) De balans of het dubbele zwenghout is het dwarse verbindingsstuk tussen een (zwaar) akkerwerktuig en de beide zwenghouten van een tweespan. Zie afb. 99. Bij de betrokken woordtypen hieronder is in (d)wars e.d. steeds de a als klinker aangehouden, ook al beantwoordt aan de dialectvarianten meestal een type met e (dwerg e.d.) of ee (dweers e.d.). Voor het ''...''-gedeelte van sommige varianten zij verwezen naar het lemma ''zwenghout''. De daar onderscheiden typen eegdhaam, eeghaam, eghaam en hun varianten zijn in dit lemma door ''eghaam'' resp. ''eghaam'' gesubstitueerd. [JG 1b + 1c + 1d + 2c; N 11, 34b; N 11A, 104; N 13, 87 add.; N 17, 69b add.; div.; monogr.] I-2
fakkeloptocht lichtstoet: Korte oe.  dë lichstoet (Tongeren) een optocht s avonds of s nachts waarbij fakkels meegedragen worden [N 112 (2006)] III-3-2
familie familie: dë fëmilzjë (Tongeren) het geheel van bloedverwanten van dezelfde naam [familie, volk, parentatie, vriend] [N 115 (2003)] III-2-2
fanfare fanfare: due fanfaar (Tongeren), fű.̞fae̞:r (Tongeren), Fr. fanfare.  fôfàar (Tongeren), muziek: Fr. musique.  mëzīēk (Tongeren) 2. Fanfare, harmonie. || een muziekkorps dat bestaat uit koperen blaasinstrumenten en slagwerk [fanfare, fanfaar, muziek] [N 112 (2006)] || Fanfare. || Fanfare: fanfare. III-3-2
fatsoenlijk convenabel: Fr. convenable  daz es ⁄ne konvenôbele mins (Tongeren) Dat is een fatsoenlijk mens. [ZND 35 (1941)] III-1-4
fauteuil zetel: zêtël (Tongeren) zetel III-2-1
fazant fazant: fëzàant (Tongeren), fəzānt (Tongeren) fazant || fazant (83 bekende jachtvogel; hen bruin en kleiner dan de kleurige haan [N 09 (1961)] III-4-1
feest feest: fés (Tongeren), hət fes vərloep zonder dat do ein liteke gəzongə woint (Tongeren), NB féstë: *feesten = aaien (v. dieren vgl. Lb. Id., pag. 25 s.v. aaien "Feesten is alleen gebruikt voor dieren die gefeest worden."(Vlijtingen).  fés (Tongeren) Feest. || Feest: het feest verliep, zonder dat er een lied werd gezongen. [ZND 46 (1946)] || Het schoonste feest (lidwoord!). [ZND 35 (1941)] III-3-2