33945 |
bellen aan het hoofdstel |
bellen:
bęlǝ (Q162p Tongeren)
|
Soms kunnen er aan een hoofdstel bellen bevestigd worden, maar meestal gebeurt dat niet bij boerenpaarden. [N 13, 39]
I-10
|
23951 |
belofte |
belofte:
en belòfte (Q162p Tongeren)
|
Een belofte. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23199 |
beloken pasen |
beloken pasen:
Blòkkë Pwòissë (Q162p Tongeren)
|
De eerste zondag na Pasen, Beloken Pasen, de laatste dag dat men zijn Paasplicht kon vervullen [gebroke Paose, Wiesse Zóndiech]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
21464 |
beloven |
beloven:
beluòvve (Q162p Tongeren),
belwoove (Q162p Tongeren)
|
beloven [gelaove, belaove] [N 96D (1989)]
III-3-1
|
32572 |
bemesten |
mesten:
mę ̝stǝ (Q162p Tongeren)
|
De in dit lemma opgenomen woorden betekenen "mest in het land doen, het land vruchtbaar maken met stalmest". Ze worden doorgaans gebruikt in combinatie met "akker", "(stuk) land" e.d., ook al is dit object - behoudens een enkele uitzondering - bij de onderstaande woordtypen er niet bij vermeld. Voor mesten in de zin van "mest naar het land brengen" en "mest over het land uitspreiden" zie men de lemmata mest uitrijden en mest verspreiden. [JG 1a + 1b; N 11, 14; N 11A, 1; L 1a -m; L 31, 18; S 23; mongr.]
I-1
|
33762 |
benamingen van het paard naar de leeftijd |
achttienmaander:
āxtēnmu̯ǫnǝr (Q162p Tongeren
[(tijd van het inspannen)]
),
aftander:
ǭftɛ̄ntǝr (Q162p Tongeren),
dertigmaander:
datexmu̯ǫnǝr (Q162p Tongeren),
inspanner:
enspɛnǝr (Q162p Tongeren
[(veulen van achttien maanden)]
),
jaarling:
jørleŋ (Q162p Tongeren),
twintigmaander:
twintǝxmu̯ǫnǝr (Q162p Tongeren)
|
Namen voor het onderscheid naar de leeftijd zijn talrijk. Specifieke namen treffen wij vooral aan tijdens de ontwikkeling van jong veulen tot paard. Na één jaar is het een jaarling. Wordt het op anderhalve à tweejarige leeftijd voor het eerst met een merrie voor een voertuig gespannen, dan heet het aanspanner of achttienmaander. Zijn de veulens na circa twee jaar volwassen geworden, dan zijn het tweejarigen of twenters. Nadien worden nog weinig specifieke namen volgens de leeftijd gegeven, behalve als de paarden (te) oud geworden zijn: ouder paard (zes tot twaalf jaar), oud paard (dertien jaar en meer). De leeftijd van een paard kan worden vastgesteld aan de hand van het gebit. Als alle vaste snijtanden volledig doorgekomen zijn, heeft het een "volwassen gebit". Vanaf nu wordt de leeftijd bepaald op grond van de veranderingen die zich op het kauwvlak van de ondertanden voltrekken en van de hoek die de ondertanden met deze uit de bovenkaak vormen. Tot achtjarige leeftijd is de ouderdom nauwkeurig vast te stellen; daarna wordt het wat moeilijker en noemt men een paard aftands. [A 32, 11a, 11b, 11c, 11d, 11e en 11f; A 45, 28a; N 8, 5, 15, 20, 62f en 62g; monogr.]
I-9
|
25103 |
benauwd en vochtig weer |
benauwd (weer):
bënàad (Q162p Tongeren),
bənāt (Q162p Tongeren),
laf (weer):
laf (Q162p Tongeren),
mottig (weer):
motix (Q162p Tongeren)
|
bedompt, benauwd || drukkend, zwoel || warm, benauwd en vochtig weer (in de zomer) [bederfelijk, voos, smoel, zoel, zuul, broejerig, luimerig, mottig, moddelwarm, zomig] [N 22 (1963)] || zwoel, drukkend warm (mof, smoel) [ZND B2 (1940sq)]
III-4-4
|
17672 |
benen (spotnamen) |
jambes (fr.):
Uit het Franse jambe
jōͅmə (Q162p Tongeren),
pikkels:
pekels (Q162p Tongeren),
pikəls (Q162p Tongeren),
staif oͅp zen pekels (Q162p Tongeren),
poten:
feͅrəm potə (Q162p Tongeren),
ze heeft ferm pote
de pote (Q162p Tongeren),
schrankels:
šraŋkələ (Q162p Tongeren),
stokken:
stekə (Q162p Tongeren),
steͅkə (Q162p Tongeren),
welke stekke!
de stekke (Q162p Tongeren),
stompels:
stømpele (Q162p Tongeren)
|
benen: met stevige benen [hij is gestapeleerd] [N 10 (1961)] || benen: rechte, vormloze benen [mok-, motbeene] [N 10 (1961)] || benen: spotbenamingen [billewaage, pikkels, stekken] [N 10 (1961)]
III-1-1
|
25054 |
bepaalde hoeveelheid |
aantal:
ô⁄ntal (Q162p Tongeren),
kwantiteit:
mv.: -ë; (zelden gebruikt)
kantëtait (Q162p Tongeren),
kwantëtait (Q162p Tongeren),
maat:
mv.: -ë; (dim. myùtsjë) (dim. = 10 centiliter)
muò⁄t (Q162p Tongeren),
portie:
può⁄së (Q162p Tongeren)
|
bepaalde hoeveelheid
III-4-4
|
24916 |
bergx |
berg:
beͅrx (Q162p Tongeren),
bɛrx (Q162p Tongeren, ...
Q162p Tongeren),
bɛ̄‧rx (Q162p Tongeren),
bergen (mv.):
mv.!
bèrrəch (Q162p Tongeren)
|
berg [ZND A1 (1940sq)], [ZND A2 (1940sq)] || berg (bergen) [RND]
III-4-4
|