e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L318b plaats=Tungelroy

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stofblik blik: blik (Tungelroy), handjvèger en blik (Tungelroy) stofblik [DC 15 (1947)] || stoffer en blik samen [DC 15 (1947)] III-2-1
stoffen pantoffel slof: sloffe (Tungelroy), slôffe (Tungelroy) sloffen, stoffen pantoffels met slappe zool [N 24 (1964)] III-1-3
stok of twijg om een kind te straffen lat: lat (Tungelroy), schnalle (du.): snaaj (Tungelroy), wis: wis (Tungelroy, ... ) een stok of twijg om een kind te straffen [lat] [N 87 (1981)] III-2-2
stokroos stamroos: -  stamroe:e:s (Tungelroy), stokroos: stokrōēs (Tungelroy) stokroos (althea rosea L.) [DC 60a (1985)], [N 92 (1982)] III-2-1
stola stola (lat.): stola (Tungelroy), stool (<lat.): stool (Tungelroy), WNT: stool. Ontl. aan kerklat. stola.  stool (Tungelroy) De stola, de stool. [N 96B (1989)] || stola, lange brede damessjaal van dunne stof of van bont [N 23 (1964)] III-1-3, III-3-3
stolp kaasklok: kiəskloͅk (Tungelroy), kīəskloͅk (Tungelroy), kaasstolp: kiësstölp (Tungelroy), kīēsstölp (Tungelroy), stolp: støləp (Tungelroy) glazen stolp om Heilig Hart-beeld of pendule || kaasstolp [N 20 (zj)] III-2-1
stolp over een heiligenbeeld stolp: støͅlp (Tungelroy) Een stolp of stulp, een klokvormig glas over een kruis- of heiligenbeeld. [N 96B (1989)] III-3-3
stomdronken poepzat: poepzaat (Tungelroy), strontzat: stròndjzaat (Tungelroy) dronken [N 10 (1961)] III-2-3
stomphoorns rotte hoorns: rǫtǝ hø̄r (Tungelroy), slappe hoorns: slapǝ hø̄r (Tungelroy) Afgebrokkelde of slecht ontwikkelde hoorns. [N 3A, 106c] I-11
stomverbaasd paf: paf (Tungelroy), verpaft: verpaft (Tungelroy, ... ) zeer verbaasd [verpaft] [N 85 (1981)] III-1-4