e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L318b plaats=Tungelroy

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
verwensen verwensen: verwinse (Tungelroy), verwunse (Tungelroy) iemand kwaad toewensen [wensen, verdijen, verwensen] [N 85 (1981)] III-3-1
verwoed kaarter kaartmoer: kaartmoor (Tungelroy) Fanatieke kaarter. III-3-2
verzoek bede: bééje (Tungelroy) het vragen iets te willen doen, verzoek [bede] [N 85 (1981)] III-3-1
verzopen kalk verzopen: vǝrzōpǝ (Tungelroy) Kalk waaraan tijdens het blussen teveel water is toegevoegd waardoor deze te sterk afkoelt. [N 30, 34; monogr.] II-9
verzopen mortel natte specie: nātǝ spēsi (Tungelroy), verzopen: vǝrzōpǝ (Tungelroy) Mortel waar teveel water in is verwerkt. Zie voor de fonetische documentatie van het woord '(spijs)' het lemma 'Mortel'. [N 30, 43a; monogr.] II-9
verzuimen verzuimen: verzoeme (Tungelroy, ... ) nalaten te doen wat men opgedragen gekregen heeft of wat men beloofd heeft [verzuimen, schrikken, fouten] [N 85 (1981)] III-1-4
vespers vespers (<lat.): vespers (Tungelroy) De op grote feesten gehouden namiddagdienst waarin door het koor psalmen worden gezongen: de vespers, de vesper. [N 96B (1989)] III-3-3
vest vest: vest (Tungelroy), vést (Tungelroy), wal: wal (Tungelroy), wambuisje: waemeske (Tungelroy), wéémeske (Tungelroy, ... ) de aarden wal rondom een stad of gracht [vesting, vest] [N 90 (1982)] || herenvest zonder mouwen met knopen [wes, west, weemeske, kolder, kamezool, zjielle, ziep, sentje [N 23 (1964)] || trui, wollen jasje, damesvest || wambuis, vest dat hoog aan de hals sloot, recht van onderen en meestal met mouwen; ook gewoon vest. III-1-3, III-3-1
vestzakje wambuistasje: waemesteske (Tungelroy), wéémesteske (Tungelroy, ... ) vestjeszak || vestzakje [ziepzekse, weemesteske, vestjestes] [N 23 (1964)] III-1-3
vet te mesten stierkalf weistiertje: wɛi̯stīrkǝ (Tungelroy) Zie voor de fonetische documentatie van (kalf) het lemma ''kalf'' (3.1.1). [N 3A, 75a] I-11