e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Tungelroy

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
huwelijksexamen trouwexamen: trouwexame (Tungelroy) Het huwelijksexamen bij de pastoor. [N 96D (1989)] III-3-3
huwelijksgeschenk bruidsstuk: broêdsstök (Tungelroy) bruidstuk, huwelijksgeschenk III-2-2
huwelijksmis bruidsmis: broedsmès (Tungelroy) De huwelijksmis, bruidsmis [broedsmaes]. [N 96D (1989)] III-3-3
hyacint hyacint: -  hiasint (Tungelroy), paasbloem: paosbloom (Tungelroy), pinksterbloem: Pinksterbloom (Tungelroy) hyacint [DC 60a (1985)] || Hyacint (hyacinthus oriëntalis). Bloemdek met naar buiten omgebogen slippen; bol platrond met witte of violette buitenmantel. De bladeren zijn vlezig, tot 2 cm breed. De bloemstelen zijn tijdens de bloei ineengebogen, met een klein schutblaadje, de meeldr [N 92 (1982)] || Welke dialectbenamingen hebt u voor de verschillende knol- en bolgewassen: hyacinthus orientalis (hyacint) [N 73 (1975)] III-2-1
hypotheek hypotheek: hiepetieek (Tungelroy), hiepoteek (Tungelroy) de geldsom die verstrekt wordt op een onderpand bestaande uit bijv. onroerend goed [hypotheek, rippeteek] [N 89 (1982)] III-3-1
i in de roep gaan: klink meer naar religie!  in ’e reup goân (Tungelroy) in ondertrouw gaan III-2-2
identiteitskaart identiteitsbewijs: indentiteitsbewies (Tungelroy) de gelegaliseerde kaart waaruit iemands identiteit blijkt [identiteitsbewijs, indentie-bewijs, eenzelvigheidsbewijs] [N 90 (1982)] III-3-1
iemand graag mogen lijden: lieje (Tungelroy, ... ) iemand graag mogen [bestaan op, lijden, zetten] [N 85 (1981)] III-3-1
iemand hinderen letten: létte (Tungelroy), ophouden: ophouje (Tungelroy), storen: stuure (Tungelroy) iemand beletten zijn werk uit te voeren [mishandelen, verhinderen] [N 85 (1981)] || iemand bij zijn werk storen of ophouden [plagen, steken, hinderen] [N 85 (1981)] III-1-4
iemand iets op het hart drukken de wacht aanzeggen: de wacht aanzegge (Tungelroy), de wacht aanzékke (Tungelroy) iemand iets met nadruk aanbevelen opdat hij het niet vergeten of verzuimen zal [de wacht aanzeggen, bokstapelen] [N 85 (1981)] III-1-4