19251 |
vergeetachtig |
vergeetachtig:
vergaetachtig (L318b Tungelroy),
vergéétechtig (L318b Tungelroy)
|
zwak van geheugen, niet goed kunnende onthouden [vergetelijk, vergeetachtig] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
19250 |
vergeetachtig persoon |
dutseltje:
dutselke (L318b Tungelroy)
|
een vergeetachtig persoon, iemand die telkens dingen vergeet [vergeetmuts, lapschaai] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
19597 |
vergiet |
doorslag:
doorslaag (L318b Tungelroy),
dōrslāx (L318b Tungelroy)
|
vergiet || Vergiet. Hoe noemt men de van gaten voorziene schotel (gemaakt van aardewerk, email of blik), die wordt gebruikt om b.v. gewassen groente te laten uitdruipen? [DC 14 (1946)]
III-2-1
|
18054 |
vergiftigen |
vergeven:
vergaeve (L318b Tungelroy),
vergiftigen:
vergiftige (L318b Tungelroy)
|
Vergiftigen: door vergif doden (vergeven, vergiftigen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
21412 |
verhaal |
vertelseltje:
vertèlselke (L318b Tungelroy)
|
verhaal; aan wie heeft hij dat nieuwe - verteld [DC 03 (1934)]
III-3-1
|
21152 |
verharde weg |
steenweg:
steinweeg (L318b Tungelroy, ...
L318b Tungelroy)
|
een verharde weg (klinkerd, kunstweg, kalsij, kalseide) [N 90 (1982)]
III-3-1
|
20533 |
verhitten |
opwarmen:
opwerme (L318b Tungelroy, ...
L318b Tungelroy),
warmen:
werreme (L318b Tungelroy),
wörreme (L318b Tungelroy)
|
(op)warmen van b.v. eten || verhitten; Hoe noemt U: Voedsel warm maken (loteren) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
21660 |
verhogen |
opsteken:
opstaeke (L318b Tungelroy),
opstéke (L318b Tungelroy)
|
verhogen, iets in prijs ~ [opsteken? b.v. de eieren zijn opgestoken?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
33465 |
verhoogd dakgedeelte boven een poort |
kapje:
kɛpkǝ (L318b Tungelroy)
|
Om de hoogte van een poort te vergroten kan men het dak erboven verhogen. De omvang van de dakverhoging kan van geval tot geval verschillen. De verhoging kan ook een apart zadeldak zijn, dwars op dat van de schuur of de stal. Zie ook afbeelding 22.b bij het lemma "terugwijkende dakrand" (4.2.1). [N 4A, 31]
I-6
|
21726 |
verhoren |
ondervragen:
ongervroage (L318b Tungelroy),
verhoren:
verhure (L318b Tungelroy),
verhuure (L318b Tungelroy)
|
iemand ondervragen in een zaak voor de rechter [verhoren, overhoren, onderhoren] [N 90 (1982)]
III-3-1
|