e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q112b plaats=Ubachsberg

Overzicht

Gevonden: 1752
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
mannelijke merel mannetje: mentje (Ubachsberg), meling: mééəling (Ubachsberg) een mannelijke merel (melhoorn, merelhoorn) [N 83 (1981)] || mannetjesmerel [DC 06 (1938)] III-4-1
mannenkant mansluikant: mansluujkant (Ubachsberg) De linkerhelft van de kerk, het gedeelte links van het middenpad, dat bestemd was voor de mannen [evangeliekant, mannenkant, mansluikant, kerelskant?]. [N 96A (1989)] III-3-3
mannenkleren kleren voor manslui: kleier veur mansluuj (Ubachsberg) Mannenkleren. [DC 62 (1987)] III-1-3
mannenondergoed ondergoed: ongergood (Ubachsberg) Ondergoed voor mannen. [DC 62 (1987)] III-1-3
mannenonderhemd onderhemd: ongerhemp (Ubachsberg) Onderhemd voor mannen. Hoe noemt men in uw dialect het hemd dat onder de bovenkleding wordt gedragen, direct op het lichaam: van mannen? [DC 62 (1987)] III-1-3
maria-altaar maria-altaar: maria elter (Ubachsberg) Het (zij)altaar dat toegewijd is aan O.L. Vrouw en waarop of waarboven haar beeltenis prijkt [Maria-altaar]. [N 96A (1989)] III-3-3
mariabeeld mariabeeld: mariabild (Ubachsberg, ... ), muttergottesbild (du.): modder goadesbild (Ubachsberg) Een beeld van Maria met of zonder het kind Jezus op de arm. [N 96B (1989)] || Een beeld van Maria, de moeder van Jezus [Moeder Gods, Moeder Godes, Lievevrouwenbeeld, Mariabeeld?]. [N 96A (1989)] III-3-3
marialied marialiedje: marialeedje (Ubachsberg) Een Marialied. [N 96B (1989)] III-3-3
marmer marmer: marmer (Ubachsberg) marmer, dicht, fijnkorrelig kalkgesteente dat geschikt is om te bewerken en te polijsten, in bouw- en beeldhouwkunst als grondstof gebruikt [marbel, melber] [N 81 (1980)] III-4-4
marter fret: WLD  fret (Ubachsberg) Hoe noemt u het slanke roofdiertje, geelbruin tot donkerbruin, met lange dekharen. De kop is spits met grote oorschelpen, het lichaam is lang en lenig. Het heeft een lange staart en korte poten; marter (fluwijn) [N 83 (1981)] III-4-2