e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Uikhoven

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
onkruidvrij maken geden: gē̜jǝ (Uikhoven) De ruimte rondom de wissenstruiken onkruidvrij maken om de groei van de planten te bevorderen. De respondenten uit Weert (L 289) en Diepenbeek (Q 71) merken op dat er geen speciale voorbewerkingen worden uitgevoerd. [N 40, 6] II-12
onnozel persoon flauw klootje: flauw klöitsje (Uikhoven), onnozelaar: ónnöizelèer (Uikhoven), zebedeus: zubbedeies (Uikhoven) naïef mens || onnozelaar || snul, suffer III-1-4
onrustig onrustig: ónréssig (Uikhoven) onrustig III-1-4
ontlasting hebben afgaan: aafgoon (Uikhoven), grote commissie doen: de groite kemisse doon (Uikhoven), kakken: kakken (Uikhoven), schijten: sjieten (Uikhoven) ontlasting hebben [afgon, leutere, driete, zijn gevoeg doen] [N 10c (1995)] III-1-1
ontslag krijgen ontslag krijgen: ontšlāx krīgǝ (Uikhoven  [(Emma)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]) De dienst opgezegd krijgen. In "zijn boek krijgen" wordt met boek het werkboekje bedoeld dat men terugkrijgt als men ergens niet meer werkt (Vanwonterghem pag. 69). Püs in de "de püs krijgen" is een strozak in het bed of een armoedig bed (RhWB VI pag. 1227 s.v. "Püs"). Het woord wordt in deze uitdrukking overdrachtelijk gebruikt. [N 95, 999; N 95, 998; monogr.] II-5
onvruchtbare koe kwee: kwē (Uikhoven) In dit lemma duiden de benamingen niet alleen op een koe die bij de dekking niet is bevrucht maar ook op een rund dat halfslachtig ter wereld is gekomen dat wil zeggen half stier en half koe is. Ook tweeling-runderen zijn vaker onvruchtbaar. [N 3A, 102; N 3A, 103; N 3A, 150h; N 3A, 150i; JG 1a, 1b; A 4, 14; L 20, 14; monogr; add. uit N C] I-11
onze-lieve-vrouweplaat beeldje: beleke (Uikhoven) Een plaat, afbeelding van O.L.V. van Altijddurende Bijstand. [N 96B (1989)] III-3-3
onzevader onzevader: onze vader (Uikhoven), paternoster: pater noster (Uikhoven), vaderons: vaderons (Uikhoven) Het door de priester gezongen Pater Noster, het Onze Vader. [N 96B (1989)] || Het gebed "Onze Vader", "Pater noster"[Vadder-óns, Vadder-ónzer, noster]. [N 96B (1989)] III-3-3
oog oog: ǫu̯x (Uikhoven) Zie afbeelding 2.4. [JG 1a, 1b] I-9
oogkleppen ooglappen: ǫu̯xlɛp (Uikhoven) Nagenoeg vierkante leren kleppen die ter hoogte van de ogen aan het hoofdstel vastgemaakt zijn. De oogkleppen dwingen het paard altijd voor zich uit te kijken, en voorkomen zo dat het naast zich iets zou bemerken dat het doet schrikken. [JG 1a, 1b, 1c, 2b, 2c; N 13, 28; monogr.] I-10