20548 |
jam |
jam:
jam (Q097p Ulestraten),
jém (Q097p Ulestraten)
|
jam; Hoe noemt U: Gelei van met suiker gekookte, fijngemaakte vruchten, om op de boterham te smeren (jam, confiture) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
22435 |
jarig zijn |
jarig zijn:
`r haet mei (Q097p Ulestraten),
is ... jörig (Q097p Ulestraten)
|
Hij is in juli jarig, maar de datum ... ik vergeten. [DC 45 (1970)]
III-3-2
|
18336 |
jarretelle |
helpje:
[sic]
helpkes (Q097p Ulestraten)
|
jarretels, bandjes aan corset of gordel waaraan de kousen worden vastgeknoopt [N 24 (1964)]
III-1-3
|
18193 |
jas: algemeen |
jas:
jas (Q097p Ulestraten)
|
jas in het algemeen [kölder, frak, palleto, rok, pit, kazak] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
18704 |
jasje van het mantelpak |
jasje:
jeske (Q097p Ulestraten)
|
jasje van het mantelpak [N 23 (1964)]
III-1-3
|
18326 |
jasschort |
mantelscholk:
mantelsjolk (Q097p Ulestraten)
|
schort die aan de voorkant als een jas wordt dichtgeknopt [N 24 (1964)]
III-1-3
|
20561 |
jenever |
gedistilleerd:
gedistəleert (Q097p Ulestraten),
jenever:
zjneneevər (Q097p Ulestraten),
schnaps (du.):
sjnaps (Q097p Ulestraten)
|
jenever; Hoe noemt U: Sterk alcoholische drank bereid uit moutwijn waaraan bij de distillatie jeneverbessen zijn toegevoegd, die er het aroma aan verlenen (snevel, babbelwater, jandoedel, knevelwas, kwak, sjenevel, jenever, klare, snaps) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
24556 |
jeneverbes |
jeneverbes:
ženéverbes (Q097p Ulestraten)
|
jeneverbes (Juiniperus communis L.) [Roukens 03 (1937)]
III-4-3
|
18041 |
jeuk |
jeuk:
jeuk (Q097p Ulestraten, ...
Q097p Ulestraten),
krets:
krets (Q097p Ulestraten)
|
jeuk [öksel, jukt, ukt] [N 10a (1961)]
III-1-2
|
18050 |
jeuken |
jeuken:
jeuke (Q097p Ulestraten),
t begint te jeuke (Q097p Ulestraten)
|
jeuken, het begint te jeuken [öksele, euke, juike, juuke] [N 10 (1961)]
III-1-2
|