e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ulestraten

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
slipjas frak: frak (Ulestraten), slipsjas: sjlupsjas (Ulestraten) jacquetjas, zwarte jas met lange achterpanden [pitteleer, pieteloer, slipjas, frak, batsesleeger, billentikker, klaovert, steekert] [N 23 (1964)] III-1-3
slobkous slobkous: sjlopkous (Ulestraten) voetbekleedsel zonder zool, dat over de schoenen (en enkels) wordt gedragen [slopkous, soepjee] [N 24 (1964)] III-1-3
slok bof: bòəf (Ulestraten), slok: sjlòək (Ulestraten) teug; Hoe noemt U: De hoeveelheid drank of vloeistof die men in een keer in de mond neemt en doorslikt (teug, slok, zjats) [N 80 (1980)] III-2-3
slokdarm gorgel: gorgel (Ulestraten), krop: krop (Ulestraten), slokdarm: sjlokderm (Ulestraten, ... ) slokdarm [krop, gorgel] [N 10 (1961)] III-1-1
slons (slodder?) slons: sjlons (Ulestraten) slons [SGV (1914)] III-1-4
slot slot: slōǝt (Ulestraten) Toestel dat als sluiting op deuren wordt aangebracht, waarbij door middel van een sleutel een schoot of tong wordt uitgeschoven die in een gat in de stijl van het kozijn valt. [N 54, 94b; L 6, 73a; S 33; monogr.] II-9
sluier communievoile (<fr.): kemunevoil (Ulestraten) sluier, lange witte ~ met een kroontje van wasbloempjes, hoofdtooi van Communiemeisjes [N 25 (1964)] III-1-3
sluik haar glad haar: glad haor (Ulestraten) recht, sluik haar [N 10 (1961)] III-1-1
sluimeren knikkebollen: knikkebolle (Ulestraten), sluimeren: sjlommere (Ulestraten) sluimeren [drooze, knikkebolle] [N 10 (1961)] III-1-2
sluiting aan de ovendeur hendel: hendel (Ulestraten) Getuige de opgaven komen er verschillende manieren van sluiten voor variërend van heel eenvoudige tot meer technische. Volgens de informant van P 56 wordt er daar simpelweg een stok tegen de ovendeur geplaatst. Volgens de zegspersoon uit L 372 gebeurt dit sluiten met een (kløpǝl) door de boer, terwijl de bakker gebruik maakt van een (sxǫw). [N 29, 2c; N 29, 2a; N 29, 2b] II-1