e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ulestraten

Overzicht

Gevonden: 3378
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
enten gruffelen: gruffelə (Ulestraten) [SGV (1914)] I-7
enter jaarling: jǭrleŋ (Ulestraten) Rund dat één jaar oud is. [N C, 9d; monogr.; add. uit N 3A, 15 en 20] I-11
erf goed: gōt (Ulestraten), hof: hōf (Ulestraten) I-7
erf en omliggende landerijen huisblok: hūsblǫk (Ulestraten) De algemene benaming voor het boerenerf met de omliggende landerijen. [N 5AøIIŋ, 76f; L 38, 23] I-8
eten (ww.) eten: ete (Ulestraten, ... ) eten [DC 35 (1963)], [DC 37 (1964)] III-2-3
etensresten orten: örte (Ulestraten) Etensresten, overschotjes (orte?) [N 16 (1962)] III-2-3
etter materie: meteere (Ulestraten) etter [SGV (1914)] III-1-2
evenaar, tweespanszwenghout warselen: wēršǝlǝ (Ulestraten) De balans of het dubbele zwenghout is het dwarse verbindingsstuk tussen een (zwaar) akkerwerktuig en de beide zwenghouten van een tweespan. Zie afb. 99. Bij de betrokken woordtypen hieronder is in (d)wars e.d. steeds de a als klinker aangehouden, ook al beantwoordt aan de dialectvarianten meestal een type met e (dwerg e.d.) of ee (dweers e.d.). Voor het ''...''-gedeelte van sommige varianten zij verwezen naar het lemma ''zwenghout''. De daar onderscheiden typen eegdhaam, eeghaam, eghaam en hun varianten zijn in dit lemma door ''eghaam'' resp. ''eghaam'' gesubstitueerd. [JG 1b + 1c + 1d + 2c; N 11, 34b; N 11A, 104; N 13, 87 add.; N 17, 69b add.; div.; monogr.] I-2
ezelsrug hondsrug: honsrø̜k (Ulestraten) Een uit metselstenen vervaardigd en aan weerszijden enigszins overstekend, kapvormig bovendeel van een muur. Zie afb. 43. [N 31, 43a; monogr.] II-9
fiets fiets: fits (Ulestraten) fiets: Mn - is stuk, ik moet lopen [DC 35 (1963)] III-3-1