e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Urmond

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
schrobbezem schrobber: sjrubber (Urmond), sjrübber (Urmond) bezem om de vloeren mee te schrobben (boender, schrobbessem, wasser, luiwagen) [N 20 (zj)] III-2-1
schrokken slinden: sjlènjə (Urmond), slèènjən (Urmond), vreten: vrèètə (Urmond) gulzig; Hoe noemt U: Snel en onmatig in het verorberen van voedsel of drank; schrokachtig (gulzig, gruizig, vratig, slokachtig) [N 80 (1980)] || schrokken; Hoe noemt U: Gulzig eten (schrokken, slokken, vreten, verschrokken, schoffelen, wolven, zwelgen, worgen, moffelen, buffelen, schransen) [N 80 (1980)] III-2-3
schub schub: WBD/WLD  sjəb (Urmond) Hoe noemt u elk van de dunne plaatjes waarmee de huid van een vis geheel of gedeeltelijk is bedekt (schub, schubbe, schelp, schulp) [N 83 (1981)] III-4-2
schuchter bleu: blö (Urmond), verlegen: vərléégə (Urmond) bang om de aandacht te trekken of zich te vertonen [blode, bedeesd, beschaamd, schuchter] [N 85 (1981)] || bloode [SGV (1914)] III-1-4
schudden van vruchten afschuddelen: WBD/WLD  aafsjöddələn (Urmond) Appels van de boom schudden (muiken). [N 82 (1981)] I-7
schuier klederborstel: kleierbeustel (Urmond, ... ), kleijerbeustel (Urmond) borstel; inventarisatie benamingen; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] || stofborstel om stof uit kleren, stoelbekleding, gordijnen, enz. te verwijderen [DC 15 (1947)] III-2-1
schuifgrendel schoude: sjauw (Urmond), sjaw (Urmond, ... ) schuifgrendel [N 07 (1961)] III-2-1
schuilgaan van de maan zit achter de wolken: de maon zit achter de wauke (Urmond) baaien van de maan, in de betekenis van de maan gaat schuil in een wolk; betekenis/uitspraak [N 22 (1963)] III-4-4
schuimen schuimen: sjūūmən (Urmond) schuim opwerpen, dragen of geven [bedomen, schuimen] [N 91 (1982)] III-4-4
schuimspaan schuimlepel: sjuumlaepel (Urmond), sjuumlepel (Urmond, ... ), sjümlĕpel (Urmond) schuimspaan [SGV (1914)] || schuimspaan, schuimlepel [N 20 (zj)] III-2-1