19835 |
wonen |
huizen:
hoeze (Q014p Urmond),
wonen:
wonən (Q014p Urmond)
|
een nestje hebben, gezegd van vogels (nesten, wonen, houden) [N 83 (1981)] || huizen (ww.) [SGV (1914)]
III-2-1, III-4-1
|
22722 |
woonwagen |
woonwagel:
woonwaagəl (Q014p Urmond)
|
De woonwagen van kermisklanten [karrakiekast, brak]. [N 90 (1982)]
III-3-2
|
21267 |
woord |
woord:
wo.ərt (Q014p Urmond)
|
woord [RND]
III-3-1
|
34202 |
wormbulten |
angelsbetel:
haŋǝlsbęi̯tǝl (Q014p Urmond),
angelsbouten:
(enk)
aŋǝlsbǫu̯t (Q014p Urmond)
|
In de zomer leggen runderhorzels hun eitjes aan de haren van het rund. Na enkele dagen kruipen er larven uit de eitjes. Deze dringen het lichaam binnen langs de haren en het haarzakje, doorboren de huid en groeien langzamerhand uit. In de winter komen ze vooral onder de huid van de rug terecht. Iedere plek waar een larve zit, vormt een bultje, de wormbult. Om te kunnen ademen doorboort de larve de huid van het rund. Dit veroorzaakt wondjes die gemakkelijk geïnfecteerd kunnen raken, waardoor zeer uitgebreide verettering kan ontstaan. Zie ook het lemma ''wormbulten'' in wbd I.3, blz. 478-479. [N 52, 22; N 3A, 83b; A 48A, 35; monogr.]
I-11
|
21014 |
wormstekig |
met worm:
WBD/WLD
mit wörm (Q014p Urmond),
met wormen:
WBD/WLD
mit wörm (Q014p Urmond)
|
Door wormen aangetast, gezegd van fruit (wormstekig, gemaaid, vermaaid, verpielt, meutelig, maaistekig, maaisteek). [N 82 (1981)]
I-7, III-2-3
|
22430 |
worstelen |
worstelen:
worstelen (Q014p Urmond)
|
De tak van krachtsport waarbij het doel is de tegenstander door bepaalde grepen en bewegingen op de grond te werpen [zo dat zijn schouders de grond raken] [worstelen, borstelen]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
20709 |
worstenbroodje |
worstenbroodje:
woostebrèùdje (Q014p Urmond)
|
Worstebroodje (sezijzebreudje?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
24500 |
wortel (alg.) |
wortel:
WBD/WLD
wortələn (Q014p Urmond)
|
Het gedeelte van een plant, boom, dat in de grond zit en dat het voedselhoudende water opneemt (wortel, doel). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
24736 |
wortelhals |
hals:
WBD/WLD
hals (Q014p Urmond)
|
De overgang tussen wortel en stengel bij een plant (hoofd, hals, kraag, wortelkraag, wortelhals, nek). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
33563 |
worteltje |
moortjes:
muurkes (Q014p Urmond)
|
De kleine soort penen die men in de moestuin kweekt [N Q (1966)]
I-7
|