e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vaals

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
sterke mortel waterdichte spijs: wasǝrdextǝ [spijs] (Vaals) Mortel voor waterdicht pleisterwerk, bijvoorbeeld voor kelders. Volgens de invuller uit Q 180 werd bij de bereiding ervan Rijnzand gebruikt. Zie voor de fonetische documentatie van de woorddelen '-(spijs)', '-(specie)', etc. het lemma 'Mortel'. [N 30, 38b] II-9
sterke trasmortel roerspijs: rūršpī.s (Vaals) Mortel bestaande uit tras en kalk, volgens de invuller uit Q 35a gebruikt voor waterdicht werk. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel '-(spijs)' het lemma 'Mortel'. [N 30, 37b] II-9
sterven doodgaan: doeët joa (Vaals), kapotgaan: kapot jou (Vaals), kapotjoa (Vaals), sterven: štɛrvə (Vaals) Doodgaan, gezegd van een dier. [N 38, 17b] || Hoe noemt u sterven, gezegd van dieren (kreperen, kapotgaan, doodgaan) [N 83 (1981)] || sterven [DC 38 (1964)] || sterven van een mens [N 38 (1971)] I-11, III-2-2, III-4-2
sterven van een plant kapot gaan: kapot joa (Vaals) sterven van een plant [N 38 (1971)] III-4-3
stiefdochter stiefdochter: steefdōēter (Vaals), steifdoëter (Vaals) stiefdochter [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefkinderen stiefkinder: steefkenger (Vaals), steifkenger (Vaals) stiefkinderen [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefmoeder stiefmoeder: steefmodder (Vaals), steifmodder (Vaals) stiefmoeder [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefouders stiefouderen: steefeldere (Vaals), steifeldere (Vaals) stiefouders [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefvader stiefvader: steefvadder (Vaals), steifvadder (Vaals) stiefvader [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefzoon stiefsohn (du.): steefsohn (Vaals), steifsohn (Vaals) stiefzoon [DC 05 (1937)] III-2-2