id | Begrip | Trefwoord: dialectopgave (plaats) | Omschrijving |
---|---|---|---|
18846 | stoutmoedig | courage (fr.): courag (Vaals) | heel veel durf hebbend [frank, boud, stout] [N 85 (1981)] III-1-4 |
21249 | straat | straat: [straas] stroess (Vaals) | straat [DC 02 (1932)] III-3-1 |
21213 | straatgoot | zijp: zif (Vaals) | goot (straatgoot langs de stoep) [ZND B1 (1940sq)] III-3-1 |
22870 | strafschop | elfmeter, elver: Karte 171. Elfmeter, Elver (Vaals), penalty (eng.): Karte 171. penalty/penanty (Vaals) | Elfmeter (im Fussballspiel). III-3-2 |
18776 | streng | secuur: sikeur (Vaals) | niet toegevend, weinig vrijheid veroorlovend, stipt oordelend volgens wet of voorschrift [strak, streng, hard] [N 85 (1981)] III-1-4 |
18777 | streng garen [cf. wld ii.7: 24-25] | wrong: vroŋk (Vaals) | streng garen [ZND B1 (1940sq)] III-1-3 |
32649 | strijkbord, riester | rooster: rooster (Vaals) | Het strijkbord, riester of rooster is het op de ploegschaar volgend ijzeren (vroeger houten) blad, dat de grond die door kouter en schaar is losgesneden, omkeert en in de vorige voor schuift. Men zie ook de toelichting bij het lemma ploegschaar. [A 26, 6; Lu 4, 6; JG 1a + 1b; N 11, 31.I.a; N 11A, 85d + 87b + 88b + 89c; monogr.] I-1 |
22085 | stro | struu: stryǝ (Vaals), štryǝ (Vaals), štrȳ (Vaals) | Halmen van gedorst koren. De algemene benaming. Zie ook de toelichting bij paragraaf 6.4. [JG 1a, 1b, 2c; L 7, 60a; R [s], 6; S 36; Wi 4; monogr.; add. uit N 5, 108], [JG 1a, 1b, 2c; L 7, 60a; R [s], 6; S 36; Wi 4; monogr.; add. uit N 5, 83] I-4 |
21093 | stroef | sleeuw: zjlieje (Vaals), zjnieë tseng het woord stroef in dezelfde betekenis is onbekend zjnie (Vaals), star: sjter (Vaals) | niet gemakkelijk in de omgang, stroef [stoer, stuurs, zuur, strak, straf] [N 87 (1981)] || stroef [DC 26 (1954)] III-2-3, III-3-1 |
33715 | stronk, boomstronk | boomkruin: bōmkrūn (Vaals), vot: vot (Vaals) | Wat blijft staan, de stomp met wortels, als een boom omgehakt is. [N 27, 8a; R 3, 2; Wi 11; L 7, 59; L B2, 343; Vld.; monogr.] I-8 |