e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q101p plaats=Valkenburg

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
onzedigheid onzedigheid: onzedigheid (Valkenburg) Onzedig, onzedigheid. [N 96D (1989)] III-3-3
onzevader onzevader: Oze Vader (Valkenburg, ... ) Het door de priester gezongen Pater Noster, het Onze Vader. [N 96B (1989)] || Het gebed "Onze Vader", "Pater noster"[Vadder-óns, Vadder-ónzer, noster]. [N 96B (1989)] III-3-3
onzichtbaar naaien blind naaien: blent nię (Valkenburg) Naaien zonder zichtbare naden. [N 59, 70; N 62, 15c; N 59, 59] II-7
ooft boomspijs: boumschpies (Valkenburg, ... ), kets: ketsch (Valkenburg), kitsen: kietsjə (Valkenburg), ooften: euf (Valkenburg), euft (Valkenburg), èùvə (Valkenburg) appel- en perensiroop || gedroogde appels of peren || gedroogde stukjes appel of peer || gekookte appels || ooft, gedroogd fruit || ooft; Hoe noemt U: Appelen of peren, in schijven gedroogd (in de oven) [N 80 (1980)] III-2-3
ooftvlaai appelenvla: Eigen phonetische  appələvlaa (Valkenburg), zwarte vla: zwarte vla (Valkenburg) Vla met moes van gedroogde appelen (euftevlaoj, zwarte vla?) [N 16 (1962)] III-2-3
oog oog: aug (Valkenburg, ... ), o.ugə (Valkenburg), oug (Valkenburg) ogen [RND] || oog [DC 01 (1931)], [SGV (1914)] III-1-1
oog van de naald oog: ǫwx (Valkenburg) De opening van de naald waardoorheen men de draad steekt. [N 59, 11b; Gi 1.IV, 13b; monogr.] II-7
oogkleppen oogkleppen: ǫu̯xklɛpǝ (Valkenburg) Nagenoeg vierkante leren kleppen die ter hoogte van de ogen aan het hoofdstel vastgemaakt zijn. De oogkleppen dwingen het paard altijd voor zich uit te kijken, en voorkomen zo dat het naast zich iets zou bemerken dat het doet schrikken. [JG 1a, 1b, 1c, 2b, 2c; N 13, 28; monogr.] I-10
ooglid deksel: deksel (Valkenburg), ooglid: auchliet (Valkenburg), auglid (Valkenburg) oog: ooglid [N 10a (1961)] III-1-1
oogst -opbrengst knop: knup (Valkenburg), oogst: [oogst] (Valkenburg), schaar: šǭr (Valkenburg) Oogst in de betekenis van "een goede oogst" of "de oogst staat er goed voor"; het tweede deel van deze laatste uitdrukking is ondergebracht in het volgende lemma. Voor de fonetische documentatie van de woordtypen [oogst], [bouw] en [bouwt], zie het lemma ''oogst -werkzaamheden'' (4.1.2); de in dit lemma gedocumenteerde varianten van oogst komen daar ofwel in het geheel niet voor, ofwel (soms) als een wezenlijk andere variant. [N 15, 11; L 5, 29; L 39, 39; S 27; monogr.; add. uit N 15, 10 en12] I-4