e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Velden

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kreunen kermen: kerme (Velden) kreunen [SGV (1914)] III-1-4
kreupel lam: laam (Velden) Kreupel - Kent men in uw dialect het volgende woord in dezelfde of een min of meer afwijkende vorm, zoals b.v. krepel naast kreupel. [DC 17 (1949)] III-1-2
kreupelhout houtje: Veldens dialekt ook wel  höltje (Velden), struikgewas: Veldens dialekt  stroekgewas (Velden) Laag houtgewas met dooreengegroeide stammen en takken (onderhout). [N 82 (1981)] III-4-3
krib in de rivier krib: krub (Velden) krib, dam van rijswerk, stenen en aarde om de bedding van een rivier te versmallen en zo de stroom te versterken, loodrecht of schuin op de oever aangebracht [bol] [N 81 (1980)] III-4-4
kribbebijter kribbebijter: krebǝbitǝr (Velden) Nerveus paard dat met de snijtanden in de kribbe of op een ander hard voorwerp bijt, de lucht hoorbaar naar binnen zuigt en kreunt. Dit leidt dikwijls tot indigestie. Een kribbebijter is te herkennen aan de sterke afslijting van de wrijfvlakken, vooral aan de voorrand der snijtanden. Een kribbebijter zuigt wel lucht op; het woord is echter geen synoniem van windzuiger (4.4.5). [JG 1a, 1b; A 48A, 41b; N 8, 62o en 84f; add. uit N 52] I-9
krielkip krielkip: krilkip (Velden), krieltje: krilkǝ (Velden) Een krielkip is een soort kleine kip. [N 19, 42; monogr.] I-12
krijgen krijgen: kriege (Velden) krijgen [SGV (1914)] III-3-1
krijsen krijsen: krijse(n) (Velden) een hard schreeuwend geluid maken, gezegd van vogels (kèken, krijsen) [N 83 (1981)] III-4-1
kroeshaar kroeshaar: kroeshaor (Velden) kroeshaar [N 10 (1961)] III-1-1
krols loops: lups (Velden), speels: spø&#x0304ls (Velden) loops, geslachtsdriftig ve kat [N 19 (1963)], [N C (1962)] III-2-1