e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Velden

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vrouwelijke kalkoen schroet: šrūt (Velden), schroethen: sxrūthęn (Velden) [A 6, 3b; L 1, 113; monogr.] I-12
vrouwelijke kat poes: ideosyncr.  poes (Velden) Hoe noemt u een vrouwelijke kat (moederkat, kattin, poes) [N 83 (1981)] III-2-1
vrouwelijke kip hen: hęn (Velden), kip: kip (Velden) De hen is het wijfje van het tamme huishoen. [N 19, 37; Wi 13; Wi 14; Wi 17; NE II, 10; Gwn 5, 14; A 11, 1c; A6, 1b; L 6, 20a; L 22, 22; L 28, 35; L 42, 5; L 33, 20; L 34, 12; L 34, 13; JG 1a, 1b; S 14; L 1a-m; Vld.; monogr.] I-12
vrouwelijke vis vis: ideosyncr.  vis (Velden) Hoe noemt u een vrouwelijke vis (kuiter, kuitvis, moedervis, kuit) [N 83 (1981)] III-4-2
vrucht van de taxus bes: Veldens dialekt  bessen (Velden) De vruchten van de taxus (snotpieke, snotbellen, snotbees). [N 82 (1981)] III-4-3
vrucht zetten vrucht zetten: Veldens dialekt  vrucht zetten (Velden) Vruchten vormen, vrucht zetten (spenen, laden). [N 82 (1981)] III-4-3
vuil in sloten rotzooi: rotzooei (Velden) vuil, stro of zeewier in sloten of tegen dijken [geffeling, eek, vlot, lies, drift, geffel, gaf, bras, reek, deek] [N 81 (1980)] III-4-4
vuil waterx gietwater: gu͂twaater (Velden) vuil water [mooswater, getwater] [N 81 (1980)] III-4-4
vuist vuist: voes (Velden) vuist [N 10 (1961)] III-1-1
vuurslag vuurslag: veurslaag (Velden) slagpen, stalen ~ in de tondeldoos (stool, vuurslag) [N 20 (zj)] III-2-1