33138 |
breeddorser |
breeddorser:
brē.djā.sǝr (Q091p Veldwezelt)
|
Bij deze dorsmachine werden de schoven dwars, in de breedte, of, anders gezegd, overlangs, in de opening geschoven. Hier gebeurt het eigenlijke dorsen door een molen met latten of wellen. Wompes Pelzer is een Duits fabrikaat breeddorsers, dat nog door paardekracht werd voortbewogen. Zie afbeelding 12. [N 14, 6b; JG 1a, 1b; monogr.]
I-4
|
18786 |
breien |
breien:
whoosen breijen (Q091p Veldwezelt),
strikken:
wezze strikke (Q091p Veldwezelt),
zokke strikke (Q091p Veldwezelt)
|
Kousen breien. [ZND 22 (1936)]
III-1-3
|
18787 |
breinaald |
breinaald:
breinaoljen (Q091p Veldwezelt),
strikijzer:
strikiezers (Q091p Veldwezelt)
|
Hoe heten de stalen pennen waarmee gebreid wordt? [ZND 22 (1936)]
III-1-3
|
18392 |
bretel |
bretel (<fr.):
bretelle (Q091p Veldwezelt),
help:
hølpe (Q091p Veldwezelt)
|
draagband om een broek op te houden (fr. bretelle) [ZND 35 (1941)]
III-1-3
|
18099 |
breuk |
breuk:
brjeek (Q091p Veldwezelt),
brîëk (Q091p Veldwezelt)
|
hij heeft een breuk (in de buik; Fr. hernie) [ZND 22 (1936)]
III-1-2
|
21250 |
brief |
brief:
bre:f (Q091p Veldwezelt)
|
brief [RND]
III-3-1
|
33840 |
briesen |
blazen:
bluǝ.zǝ (Q091p Veldwezelt),
pruisen:
prū.sǝ (Q091p Veldwezelt)
|
Proestend, snuivend of blazend geluid met neus en lippen maken. [JG 1a, 1b; L 1, a-m; L 22, 21; N 8, 66 en 67; S 5]
I-9
|
34600 |
bril |
bril:
bręl (Q091p Veldwezelt)
|
Verzwaard, dwars sluithout waardoor de vregelpaal gestoken werd. De vregelpaal is een boom die overlangs in de bak van de hoogkar ligt en die, samen met de vregelstok en het bindtouw, gebruikt wordt om het hooi vast te zetten (voor meer uitleg zie WLD I.3, onder de lemmata touw om het hooi vast te sjorren, vregelpaal en vregelstok). Zoals op de kaart duidelijk blijkt, is dit systeem vooral in gebruik in de streken met de meest vruchtbare grond, m.n. in het Maasland en in het zuidoosten van Haspengouw. [N 17, 14b; JG 1b; JG 2c]
I-13
|
34499 |
broeden, op eieren zitten |
broeden:
brø̄i̯ǝn (Q091p Veldwezelt),
brēi̯ǝ (Q091p Veldwezelt),
brēǝ (Q091p Veldwezelt)
|
[N 19, 45; N 19, 44d; Vld.; S 5; L 1a-m; L 22, 22; JG 1a, 1b; monogr.]
I-12
|
25388 |
broeien |
schouwen:
šawǝ (Q091p Veldwezelt)
|
Het varken met heet water begieten om de haren en de opperhuid te weken, opdat de haren gemakkelijk afgekrabd kunnen worden. [N 28, 19; monogr.]
II-1
|