22517 |
een priktol bovenhands uitwerpen -> met een priktol spelen |
doppen:
doppe met de smik (L271p Venlo)
|
Een priktol [tol met een ijzeren punt die geworpen wordt] bovenhands uitwerpen, om er een andere mee te treffen [kampen, kappen, klodderen]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
32110 |
een profiel beginnen te schaven |
aanzetten:
ānzetǝ (L271p Venlo)
|
Met behulp van de profielschaaf een profiel beginnen te schaven. Het object bij de volgende woordtypen is steeds de plaatselijke variant van het profiel. Zie ook het lemma ɛprofielɛ.' [N 53, 100a-c]
II-12
|
32109 |
een profiel schaven |
profileren:
profilērǝ (L271p Venlo)
|
Een profiellijst schaven met behulp van een profielschaaf. [N 53, 99]
II-12
|
32111 |
een profiel ten einde schaven |
uitlopen:
ūtlǫwpǝ (L271p Venlo)
|
Een profiel met behulp van de profielschaaf ten einde schaven. [N 53, 101]
II-12
|
28497 |
een redcel aanzetten |
redcel(len) maken:
rɛtsɛlǝ mākǝ (L271p Venlo)
|
Het uitbouwen van een werkstercel tot een koninginnedop of moerdop in geval van plotselinge moerloosheid. Een werkbijlarve moet dan koningin worden. Ze wordt gevoerd met koninginnevoedsel. [N 63, 61c]
II-6
|
32592 |
een riek mest |
riek (mest):
rēk (L271p Venlo)
|
Een riek mest is de hoeveelheid mest die men in één keer met de riek kan opnemen. Die hoeveelheid is kleiner naarmate de mest meer verteerd is en daardoor gemakkelijker uiteenvalt. Van de termen die in dit lemma voorkomen, zijn er sommige (ook) van toepassing op een brok of klont mest: een aaneenklevende, weke massa goed verteerde mest. [N M, 12a; JG 1a + 1b + 2c; N 11A, 14; monogr.]
I-1
|
23699 |
een rozenhoedje bidden |
rozenkrans beden:
roezekrans baeje (L271p Venlo)
|
Een Rozenhoedje bidden [de roozekrans bèèje, ziech der roeëzekrans beëne?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
31888 |
een schraapstaal aanzetten |
aanzetten:
ānzetǝ (L271p Venlo)
|
De snijkant van het schraapstaal met behulp van het aanzetstaal scherp maken. Bij het aanzetten wordt de snijkant eerst recht gemaakt en vervolgens van een braam voorzien. [N 53, 157]
II-12
|
33722 |
een sloot uitdiepen |
uitdiepen:
uitdiepen (L271p Venlo),
vegen:
vē̜gǝ (L271p Venlo)
|
Het uitdiepen of het op diepte houden van een sloot met behulp van een schop, hak, riek, krabber en een zeis. [A 10, 21; N 18, add.; monogr.]
I-8
|
22385 |
een spel kaarten |
speelkaarten (mv.):
speulkaart (L271p Venlo),
spel:
sp"l (L271p Venlo),
speul (L271p Venlo, ...
L271p Venlo),
stok:
stok (L271p Venlo)
|
Een spel kaarten [stok, spel, speul]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|