22581 |
op de dril zetten (1 april) |
verneuken:
verneuke (L271p Venlo),
vərn"kə (L271p Venlo),
voor de gek houden:
veur de gek halde (L271p Venlo)
|
De dag waarop men lichtgelovige personen om een onzinnige boodschap stuurt (1 april). [N 88 (1982)] || De onzinnige boodschap op 1 april [aprilvis, aprilzaad, zikkelzaad]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
25564 |
op de juiste temperatuur |
op temperatuur:
op tɛmpǝratø̄r (L271p Venlo)
|
Gezegd van gerezen deeg. Het vocht in het deeg is de warmtebron. Door het vocht te verwarmen brengt men het deeg op de juiste temperatuur. De goede temperatuur is van groot belang voor de kwaliteit van het produkt. Te warme degen zullen droog brood geven, dat spoedig kruimelig wordt, terwijl te koude degen een brood opleveren dat klein van stuk en wreed van scheuring is (Schoep blz. 95). Volgens de informanten van K 359, L 270, en Q 121e was eertijds het bepalen van de juiste temperatuur een kwestie van aanvoelen of voelen met de handen. De goede temperatuur zou volgens de informant van L 269a zijn ¬± 28¬∞C. In dit lemma komen verschillende grammaticale categorieën voor. [N 29, 28b; monogr.]
II-1
|
28966 |
op de knie naaien |
goed op de knieën houden:
gōt op dǝ knēn haldǝ (L271p Venlo)
|
Met de knieën op elkaar of met gekruiste benen naaien op één der knieën. Bij voorkeur naait men op de linkerknie, omdat het lichaam hierbij een veel natuurlijker houding aanneemt dan bij het naaien op de rechterknie. [N 59, 71a]
II-7
|
17935 |
op de loop gaan |
biezen pakken:
ziĕn bīēzə pàkkə (L271p Venlo),
hazen:
haze (L271p Venlo),
op de klater gaan:
op de klater gaon (L271p Venlo),
op de loop gaan:
op de luip gaon (L271p Venlo, ...
L271p Venlo),
op de luip goan (L271p Venlo),
pleite gaan:
pleite gaon (L271p Venlo)
|
op de loop gaan [SGV (1914)] || vluchten: Op de loop gaan (biezen, vluchten, vlieden). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
17966 |
op de schouder zitten |
op de pokkel zitten:
bej pap op de poekel zitte (L271p Venlo),
B.v. bej vader op de poekel zitte.
poekel (L271p Venlo),
Op de - zitte.
poekel (L271p Venlo),
pokel zitten.
poekel (L271p Venlo),
op de rug zitten:
op de rök zitte (L271p Venlo),
op de schouders zitten:
Op de schouwers zitte. (L271p Venlo),
pokkelen:
poekele (L271p Venlo, ...
L271p Venlo),
poekelen (L271p Venlo)
|
rug: bovendeel van de rug [mars, hot] [N 10 (1961)] || rug: op de rug zitten [N 10 (1961)]
III-1-2
|
17949 |
op de tenen lopen |
op de tenen lopen:
op de tiën laupe (L271p Venlo),
op de tiëne (L271p Venlo),
op de tiëne loupe (L271p Venlo)
|
lopen: op zijn tenen lopen [op zn vurvoete] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
22682 |
op de vingers fluiten |
fluiten:
fluite (L271p Venlo, ...
L271p Venlo)
|
Op de vingers fluiten [schuffelen]. [N 90 (1982)]
III-3-2
|
25094 |
op een rij zetten |
in een rij zetten:
in un rīēj zittə (L271p Venlo),
op rij zetten:
op rie zitte (L271p Venlo)
|
op een rij zetten [hagen] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
29091 |
op een steeltje zetten |
met een halsje:
męt ęjn hɛlskǝ (L271p Venlo)
|
De knoop op een steeltje zetten. Men moet de knoop niet plat aannaaien, doch men dient een afstand tussen knoop en stof van ± 1/2 - 1 cm te houden. Hierdoor wringt de knoopt niet en wordt er ruimte voor de stofdikte opengelaten. [N 59, 136]
II-7
|
17934 |
op een sukkeldrafje lopen |
op een schokje schokken:
ǫp ǝ šø̜kskǝ šǫkǝ (L271p Venlo),
op een sukkeldrafje lopen:
op een sukkeldrefke loupe (L271p Venlo),
stevelen:
stiefele (L271p Venlo)
|
[N 8, 81a, 81d en 83]lopen: op een sukkeldrafje lopen [schokke, op n schökske loope] [N 10 (1961)]
I-9, III-1-2
|