25037 |
paars, violet |
paars:
paars (L271p Venlo)
|
paars [SGV (1914)]
III-4-4
|
24863 |
paarse dovenetel |
paarse dovenetel:
paarse dovenetel (L271p Venlo),
idem
paarse dovenetel (L271p Venlo, ...
L271p Venlo),
rode netel:
rōi̯ nētǝl (L271p Venlo)
|
Lamium purpureum L. De dovenetelsoort (zie het lemma Dovenetel, Algemeen) met lichtpaarse bloemen. Deze soort komt zeer algemeen voor op bouwland, in moestuinen en wegbermen en wordt 10 tot 30 cm hoog. De plant bloeit van maart tot oktober. Als de opgave identiek is aan die van het lemma Dovenetel, Algemeen, dan is deze hier niet nog eens opgenomen. Dit lemma kan alleen gelezen worden als aanvulling op het lemma Dovenetel, Algemeen. [A 13, 12b; A 60A, 75; monogr.] || paarse dovenetel (Lamium purpureum L.) [DC 60a (1985)]
I-5, III-4-3
|
23325 |
paasavond |
paasavond:
poaschoavend (L271p Venlo)
|
paaschavond [SGV (1914)]
III-3-3
|
23944 |
paasbiecht |
paasbiecht:
paosbiech (L271p Venlo)
|
De Paasbiecht. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23149 |
paasei |
paasei:
paosei (L271p Venlo)
|
Paasei.
III-3-2
|
22509 |
paaseieren zoeken |
eieren rapen:
eier rape (L271p Venlo),
eier rapen (L271p Venlo)
|
Eieren verzamelen of paaseieren zoeken. || Het gebruik om paaseieren te zoeken/rapen op Paaszaterdag, wanneer de uit Rome teruggekeerde klokken geluid hebben. [N 96C (1989)]
III-3-2
|
23803 |
paaskaars |
paaskaars:
paoskers (L271p Venlo)
|
De op Paaszaterdag gewijde kaars, de Paaskaars [oeësterkeëts, poaësjkeëts]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23800 |
paaszaterdag |
paaszaterdag:
paoszaoterdaag (L271p Venlo)
|
Goede Zaterdag, Paaszaterdag [Kaarzamstiech]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
33320 |
pacht, vruchtgebruik |
pacht:
pax (L271p Venlo)
|
Onder pacht worden drie samenhangende betekenissen verstaan: 1. hetgeen de pachter betaalt: "de pacht betalen"; 2. het vruchtgebruik van de grond: "grond in pacht hebben"; 3. het contract: "de boer heeft nog twee jaar pacht". Tocht hangt, evenals de nevenvorm tucht, oorspronkelijk samen met trekken in de betekenis "telen"; leeftocht is dan "tocht ("vruchtgebruik, pachtcontract") voor het leven". Aan tuis, vergelijk Mnl. tuuscen "dobbelen; bedriegen; ruilen", correspondeert Du. tauschen. Belading en belader corresponderen met belasting. Het feest van Sint Remeis of Sint Remigius, wiens naamdag naar de Romeinse kalender op 1 oktober valt, wordt wel de "huurdag der boerenknechten en meiden" genoemd (naar Jongeneel, 54). Bij boermeste: pachtvergoeding in natura; in plaats van een pachtsom te betalen, mocht de boer het onderhavige land voor één jaar gebruiken, mits hij voor eigen rekening het land een goede organische bemesting gaf. [L 14, 6; L 32, 101; Wi 18; monogr.]
I-6
|
21689 |
pacht? |
bankenpacht:
bankepach (L271p Venlo),
pacht:
pach (L271p Venlo, ...
L271p Venlo)
|
pacht, het bedrag dat men jaarlijks betaalt, b.v. voor een bank in de kerk [de paacht?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|