| 20620 |
wittebrood |
mik:
mik (L271p Venlo),
Verklw. mikske
mik (L271p Venlo),
watermik:
Verklw. watermikske
watermik (L271p Venlo),
weg:
Syst. WBD
weg (L271p Venlo),
Syst. WBD Vroeger; wordt niet meer gebruikt, wel op de dorpen.
weg (L271p Venlo)
|
Kent uw dialect het woord weg of wig = een wittebrood. A.u.b. ook de dialectvorm van uw plaats opgeven en eventueel de betekenis toelichten. [N 16 (1962)] || wit brood || witbrood waarin geen melk maar water verwerkt is || wittebrood [SGV (1914)]
III-2-3
|
| 18867 |
woede |
colre (fr.):
kóleirə (L271p Venlo),
gift:
gif (L271p Venlo, ...
L271p Venlo),
razend:
raozend (L271p Venlo),
woest:
woes (L271p Venlo)
|
hevige boosheid [gift, gif, koleire, woede, horzel, frut] [N 85 (1981)] || woede
III-1-4
|
| 21873 |
woeker |
woeker:
woeker (L271p Venlo),
woekər (L271p Venlo)
|
onwettige winst die verkregen is door misbruik te maken van de nood van iemand anders bijv. door te veel rente te vragen [woeker, woekerij, usure] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
| 21874 |
woekeren |
woekeren:
woekere (L271p Venlo)
|
onwettige winst die verkregen is door misbruik te maken van de nood van iemand anders bijv. door te veel rente te vragen [woeker, woekerij, usure] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
| 17890 |
woelen |
omwoelen:
umweulə (L271p Venlo),
rulsen:
rölse (L271p Venlo),
woelen:
wuule (L271p Venlo, ...
L271p Venlo)
|
Woelen: onrustig heen en weer bewegen (woelen, spollen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
| 24907 |
woensdagx |
goensdag:
goonsdaag (L271p Venlo),
gòndsdaag (L271p Venlo),
gónsdáág (L271p Venlo),
gônsdaag (L271p Venlo),
(vroeger).
gónsdaag (L271p Venlo),
woensdag:
woensdaag (L271p Venlo, ...
L271p Venlo,
L271p Venlo,
L271p Venlo,
L271p Venlo,
L271p Venlo,
L271p Venlo,
L271p Venlo),
Woensdaag (L271p Venlo),
woensdaag (L271p Venlo)
|
dag; woensdag [N 07 (1961)] || de vierde dag van de week, woensdag [goensdag] [N 91 (1982)] || woensdag || Woensdag [SGV (1914)]
III-4-4
|
| 17940 |
woest, onachtzaam lopen |
hollen:
holle (L271p Venlo),
onverschillig lopen:
ónverschillig laupe (L271p Venlo),
wild lopen:
wild laupe (L271p Venlo)
|
lopen: woest, onachtzaam lopen [ragge, bollieje] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
| 21131 |
woest, wild rijden |
crossen (<eng.):
kròssə (L271p Venlo),
jagen:
jage (L271p Venlo)
|
woest, wild rijden [rossen, rotsen] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 33943 |
wolfsgebit, gebroken gebit |
gebroken gebit:
gǝbrǭkǝ gǝbet (L271p Venlo)
|
Dit bit, gebruikt om moeilijke paarden te beteugelen, heeft een stang die in het midden scharniert. Het wordt vooral gebruikt bij rijpaarden. Op verscheidene plaatsen heeft dit soort bit kennelijk geen aparte naam. Dit wordt uitdrukkelijk gemeld voor: Q 80, 152, 162, 182. Er bestaan ook wolfsgebitten met een beugel in het midden om moeilijke paarden te beteugelen. De namen voor de twee types worden niet strikt uit elkaar gehaald. [JG 1a, 1b, 2b; N 13, 43]
I-10
|
| 25210 |
wolkenbank |
lange streep wolken:
eine lange streep wolken (L271p Venlo),
wolkenbank:
wolkebank (L271p Venlo),
wólkəbánk (L271p Venlo),
wolkenstreep:
ənnə wòlləkəstréép (L271p Venlo)
|
lange streep wolken die onbeweeglijk aan de horizon hangt [bank] [N 81 (1980)]
III-4-4
|