| 20175 |
een kind op de arm dragen |
dragen:
drage (L271p Venlo),
op de arm dragen:
òp də érm dráágə (L271p Venlo)
|
een kind op de arm dragen [peizen] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
| 23755 |
een kruisje geven |
zegenen:
kiendje zaegene (L271p Venlo)
|
Een kind voor het slapen gaan met de duim een kruisje geven op het voorhoofd. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
| 23707 |
een kruisje op het brood maken |
brood zegenen:
broeed zaegene (L271p Venlo),
de duivel deruit jagen:
den duuvel der oetjage (L271p Venlo)
|
Het gebruik om een brood met het mes te bekruisen, voordat men het aansnijdt; men maakte met het broodmes een kruisje aan de onderkant van het brood [n kruuske ónder de mik maake?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
| 23706 |
een kruisteken maken |
n kruus maake:
zich zaegene (L271p Venlo, ...
L271p Venlo)
|
Een kruisteken maken/slaan, zich bekruisen, zich zegenen [zich bekruuse [N 96B (1989)]
III-3-3
|
| 17887 |
een kuil graven |
graven:
grave (L271p Venlo, ...
L271p Venlo)
|
kuil, Een ~ maken (dappen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
| 32032 |
een las maken |
lassen:
lasǝ (L271p Venlo),
liplassen:
leplasǝ (L271p Venlo)
|
Twee in elkaars verlengde liggende stukken hout door middel van een las met elkaar verbinden. Zie ook afb. 128. [N 54, 42d; N 54, 43]
II-12
|
| 19112 |
een lastig karakter hebbend |
kommerlijk:
Vraag 383 is dubbel (dus 2 x 97 moet nog worden opgesplitst in twee lemmata: "persoon met een lastig karakter"; "een niet gemakkelijk, lastig karakter hebbend
kumməlik (L271p Venlo)
|
een lastig moeilijk karakter hebbend [niepoter, nietprut, kummelij] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 19216 |
een lelijk gezicht trekken |
(een) grimas trekken:
grimas trekke (L271p Venlo),
(een) lelijke snuit trekken:
ein lilke snoët trekke (L271p Venlo),
(een) snuit trekken:
snoet trekke (L271p Venlo),
een griekerig gezicht trekken:
ein grekerig gezich trekke (L271p Venlo),
grieken:
greeke (L271p Venlo),
lelijkerds trekken:
lilkers trekke (L271p Venlo),
zuur kijken:
zóór kieke (L271p Venlo)
|
grijnzen, een lelijk gezicht trekken [greeze, nen toot zette, snuit trekke, grimas maken] [N 10 (1961)]
III-1-4
|
| 22474 |
een list gebruiken |
kruiven:
Vgl. Venray Wb., pag. 177: kroève, op slinkse wijze maat of afstand veranderen.
kroeve (L271p Venlo),
truken:
truuke (L271p Venlo)
|
Een list gebruiken bij het kaarten [finten]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
| 20178 |
een miskraam krijgen |
de kar is opgekiept:
de ker is opgekiep (L271p Venlo),
een miskraam krijgen:
enne miskraom krīēge (L271p Venlo),
ènnə miskraom krīēgə (L271p Venlo),
miskraam krijgen:
miskraom kriege (L271p Venlo),
opkiepen van de kar:
dao is de ker opgekiep; er heeft een miskraam plaatsgevonden
opkiepe van de ker (L271p Venlo)
|
het krijgen van een miskraam || miskraam, Een ~ krijgen (opslagen, omslaan). [N 84 (1981)]
III-2-2
|