e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gat, opening (mv) gaten: gate (Venlo), gater: 2 gater (Venlo), gater (Venlo), idiosyncr.  twië gater (Venlo) gaten (mv) [SGV (1914)] || gaten (znw mv) [N 26 (1964)] III-4-4
gatels riemels: rę̄mɛls (Venlo) Grote els met een oog in de voorste punt waardoorheen men de naairiemen kan trekken. Zie afb. 68. [N 36, 31; Li 1963, 35] II-10
gauwdief gauwdief: gauwdeef (Venlo, ... ), gawdeef (Venlo), schelm: schèlm (Venlo) een dief die op behendige, listige wijze te werk gaat [gauwdief, schelm] [N 90 (1982)] || gauwdief [SGV (1914)] III-3-1
gebakje taartje: taertje (Venlo), Syst. WBD  taertje (Venlo, ... ), tärtje (Venlo) gebakje || Gebakje (buntje, taartje, gatoke?) [N 16 (1962)] III-2-3
gebakken aardappelen gebraden patatten: Syst. WBD  gebraoje petatte (Venlo), patattenschijfjes: Syst. WBD  petatteschiefkes (Venlo, ... ) In schijfjes gebakken aardappelen (erpel in de pan, kosjes, petatteschijfkes?) [N 16 (1962)] III-2-3
gebed gebed: gebed (Venlo, ... ) Een gebed, [jebed?]. [N 96B (1989)] III-3-3
gebeden gebeden: gebaeje (Venlo, ... ) De gebeden meervoud. [N 96B (1989)] III-3-3
gebedsweek bedeweek: baejwaek (Venlo) Een gebedsweek. [N 96B (1989)] III-3-3
gebeier gelui: et geluu (Venlo), klokgebeier: klokgebeier (Venlo) Het gelui, het gebeier van de klok(ken). [N 96A (1989)] III-3-3
gebint gebont(e): gǝbont (Venlo), hoekgebint: hōk˲gǝbent (Venlo), kap: kap (Venlo), kruisgebint: krȳts˲gǝbent (Venlo) Het geheel van spantbenen, gordingen, kepers etc. waarop de dakbedekking rust. Zie ook afb. 49 en 71. [S 9; N 54, 149a; N 54, 149b; N 54, 151; monogr.; Vld.] II-9