e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
iris iris: iris (Venlo), īēris (Venlo) Iris: het gekleurde gedeelte van het oog waarin zich de pupil bevindt. [N 84 (1981)] III-1-1
jaargetijde jaardienst: jaordeens (Venlo, ... ) Een mis op de verjaardag van iemands overlijden, jaardienst, jaargetijde, jaargedachtenis [jörgentij, joaërgedechnis?]. [N 96B (1989)] III-3-3
jaarmarkt jaarmarkt: jaormerrət (Venlo), jaormérret (Venlo), jaormért (Venlo) de markt die elk jaar op een vaste tijd wordt gehouden [foor, jaarmarkt] [N 89 (1982)] III-3-1
jachtpak jachtpak: jachpak (Venlo) het jachtcostuum [N 59 (1973)] III-1-3
jacquetpak gekleed pak: gekleid pak (Venlo), jacquet (<fr.): sjaket (Venlo), sjakèt (Venlo), sjekèt (Venlo, ... ) het jacquet-costuum [N 59 (1973)] || jacquetkostuum, bestaande uit zwarte slipjas, vest en gestreepte broek [sjeket, seket] [N 23 (1964)] III-1-3
jagen jagen: jáágə (Venlo), korf omjagen: kø̜rf ømjāgǝ (Venlo) Kunstmatige manier bij de korfteelt om een zwerm van het moedervolk te scheiden. Wanneer een voorzwerm niet snel genoeg afkomt en wanneer de imker er belang bij heeft dat het volk spoedig gaat zwermen, dan neemt hij zijn toevlucht tot het jagen. Als het darrenbroed achter in de korf bruin is, kunnen de bijen gejaagd worden. De imker zet de moederkorf met de kop op de grond en plaatst er de jaagkorf bovenop, zodat de openingen van beide korven tegen elkaar sluiten. Op de plaats waar de openingen tegen elkaar komen, windt men er een bijdoek om. Met ijzeren krammen hecht men de korven stevig aan elkaar vast. Men gaat nu met beide handen of met soms een stok voor en achter tegen de moederkorf kloppen, onderaan bij de kop van de korf beginnend en geleidelijk aan hoger (Gelens 1963, pag. 22). Af en toe opent men het gesloten vlieggat en blaast er rook in. Als men uit het zoemen der bijen heeft opgemaakt dat zij in de jaagkorf zijn overgelopen, maakt men de korven weer los. De koningin gevolgd door de groep bijen die normaal zou zijn gaan zwermen, zit nu in de jaagkorf. In de moederkorf, waarin geen moer meer zit, moet weer een sterk volk opgroeien door eerst en vooral een nieuwe koningin of moer te vormen. [N 63, 87a; monogr.] || voorttrekken van een trekschuit [jagen] [N 90 (1982)] II-6, III-3-1
jagersjas covercoat (eng.): Cfr. WNT: gover, 1) Eene thans verouderde benaming voor eene soort van kap of muts; 2) ... eenig zeil of scheepsgereedschap [aanhaling]  goverkoat (Venlo), loden jas: Cfr. WNT sub lood, ss. loodmantel, minder juist voor loden mantel. Cfr. Van Dale: loden (I) (Hd.): 1) sterk gevolde dichte wollen stof; 2) jas, mantel, cape van de onder 1. genoemde stof NB Van Dale (DN): Loden, loden jas, mantel NB Van Dale (FN): loden [lodn], loden jas.  lode jas (Venlo) groene jas met een plooi in de rug [N 59 (1973)] III-1-3
jak bolero (<fr.): bollero (Venlo, ... ), jak: jak (Venlo, ... ), [jekske vertaald als jasje in vb.]  jak (Venlo) damesblouse, strak om het lichaam, hoog gesloten met boordje en met lange strakke mouwen [jak, seket] [N 25 (1964)] || jak [SGV (1914)] || jak, lijfje || vrouwenjak, kort jasvormig getailleerd bovenkledingstuk [jak, baskien, bollero, zeelewermer, kasjevek] [N 23 (1964)] III-1-3
jaloers afgunstig: aafgunstig (Venlo), ááfgunstich (Venlo), jaloers: jeloers (Venlo), jəlōērs (Venlo), sjeloers (Venlo, ... ), sjeloers zien (Venlo) een andere om iets benijdend [jaloers, afgunstig] [N 85 (1981)] || jaloers || jaloersch [SGV (1914)] III-1-4
jam jam: sjem (Venlo, ... ), sjèm (Venlo, ... ), sjém (Venlo) jam; Hoe noemt U: Gelei van met suiker gekookte, fijngemaakte vruchten, om op de boterham te smeren (jam, confiture) [N 80 (1980)] III-2-3